Israël

Een team archeologen heeft onlangs een waterreservoir ontdekt tijdens archeologische werkzaamheden in de Oude Stad. Het reservoir stamt uit de eerste Tempelperiode en is het grootste exemplaar dat tot nu toe in Jeruzalem is gevonden. De vondst biedt bovendien inzicht in hoe water vroeger werd opgeslagen.
In het kader van de bouw van een nieuwe snelweg hebben archeologen opgravingen uitgevoerd in het zuiden van Israël. Het team vond daarbij de ruïnes van een 1.500 jaar oud Joods dorp. De plannen voor de bouw van de snelweg worden aangepast om de archeologische vondst te beschermen.
Onderzoekers uit Israël beweren dat een reeks neolithische artefacten van steen en klei, waarvan aanvankelijk werd gedacht dat het culturele fallische objecten waren, eigenlijk de vroegste tot nu toe bekende voorwerpen die dienden als lucifers waren.
Archeologen hebben in Israël een stenen stempel gevonden met erop een afbeelding die mogelijk verwijst naar het Bijbelverhaal van Samson, de man die zijn enorme kracht ontleende aan zijn haar. De stempel is het eerste archeologische bewijs voor het vermoedelijke bestaan van Samson.
Een team van archeologen heeft een goudschat opgegraven in Israël, vermoedelijk de grootste die ooit in het land is gevonden. De ontdekking werd gedaan tijdens een archeologische opgraving nabij de kuststad Herzliya.
Israëlische archeologen hebben de resten van een monumentale synagoge opgegraven op een archeologische site in Huqoq in de provincie Galilea. Het gebouw bevat mooie mozaïeken en stamt uit het einde van de Romeinse tijd.
2.000 jaar geleden begroef een welvarende vrouw haar geld en juwelen in een kuil bij haar huis in Israël, om vervolgens nooit meer terug te keren. Archeologen vonden haar goud- en zilverschat, bestaande uit juwelen en munten, tijdens een opgraving in de resten van haar woning.
In de Jezreel Vallei in het noorden van Israël is op de archeologische site Tel Migiddo een pot met gouden en zilveren sieraden aangetroffen. De juwelen stammen uit 1.000 voor Christus en lagen verstopt in een Kanaänitisch woonhuis.
De 3.000 jaar oude vondsten uit een ruïne in Khirbet Qeiyafa, dertig kilometer van Jeruzalem, vormen mogelijk het bewijs voor het bestaan van koning David. De vondsten werden aangetroffen in een complex waarvan de architectuur sterk overeenkomt met de Bijbelse beschrijvingen van de cultus in de tijd van koning David.
Het mondstuk is gevonden op een begraafplaats van rijdieren in Tel-Haror, Israël. De archeologen die de vondst deden, vermoeden dat het ijzeren bit gebruikt werd voor een ezel. De vondst stamt uit de periode tussen 1750 en 1650 voor Christus.
Verscheidene archeologen trekken de ontdekking van de oudste sporen van het christendom in twijfel. De vondst bestond uit een Griekse inscriptie en een beeltenis van de profeet Jona in een tombe uit de 1e eeuw in Jeruzalem. Volgens de betrokken archeoloog James Tabor waren dit sporen van het vroege christendom, maar in de ogen van de experts zijn de bewijzen hiervoor allesbehalve overtuigend.
In een tombe in Jeruzalem uit de eerste eeuw na Christus hebben archeologen sporen van het vroege Christendom ontdekt. Het gaat onder andere om een Griekse inscriptie en een beeltenis van de profeet Jona uit het Oude Testament. De vondsten zijn de tot nu toe oudst bekende archeologische resten van het Christendom.