Onderzoekers vinden bewijs van eeuwenoude Maya-boerderijen in Mexicaanse draslanden

Archeologen van de Universiteit van Cincinnati hebben bewijs gevonden dat de Maya’s een overschot aan gewassen oogstten om te handelen met buren op het schiereiland Yucatan. De onderzoekers konden de contouren van de eeuwenoude velden zien door middel van het gebruik van lasers.

Eeuwenoude Mayaanse boerderijen

Een van de onderzoekers was Nicholas Dunning, een docent aardrijkskunde bij de Universiteit van Cincinnati (UC). Het team vond bewijs dat er landbouw werd bedreven langs de kanalen van de Laguna de Terminos aan de Golf van Mexico. Dankzij satellietbeelden en het gebruik van LIDAR konden de onderzoekers de locaties zien van waar vroeger irrigatiekanalen, akkers en funderingen van gebouwen lagen. De archeologen verwachten met aankomende opgravingen bewijs van bewoning te vinden.

Dunning concludeert dat de Maya’s een veel uitgebreidere markteconomie hadden dan we eerder dachten. Waarschijnlijk groeven de Maya’s zelf de kanalen dieper in de grond om er gebruik van te maken voor de oogst. Door de verbeterde irrigatie ging de landbouwproductie omhoog, waardoor ze een surplus kregen dat verkocht kon worden. De onderzoekers vermoedden dat de Maya’s hier voornamelijk katoen teelden voor de handel in het oude Meso-Amerika.

Het belang van handel tussen de Maya’s

Het oudste bewijs van de Mayacultuur dateert uit 1800 voor Christus. De meeste steden waren echter het meest welvarend tussen de jaren 250 en 900. Tegen de tijd dat de Spanjaarden arriveerden in de jaren 1500 was een deel van de grootste steden al verlaten. Onderzoekers van de UC proberen nu de leefomstandigheden van de Maya’s voor de Spaanse verovering te ontcijferen.

De contouren van eeuwenoude wegen laten zien hoe belangrijk handel was voor de Maya’s. Het in kaart brengen van deze wegen is ook belangrijk om de locaties van oude Mayaanse marktplaatsen te ontdekken. Dunning analyseert samen met een student van de UC de LIDAR beelden van Yucatan om de locaties van deze oude marktplaatsen te vinden.

Marktplaatsen hebben niet dezelfde soort fundering als bijvoorbeeld huizen. De markplaatsen werden op lage platformen gebouwd, of simpelweg op de grond. Er zijn echter wel vierkanten te zien op de LIDAR kaarten, dit zouden de resten kunnen zijn van deze open markten. Dunning vermoed dat de Maya’s mogelijk zelf goederen verkochten als maïs en cassave. Daarnaast handelden ze waarschijnlijk in ‘’manta’s’’, stoffen met uitgebreide patronen die zij van katoen maakten.

De resultaten van het onderzoek zullen gepresenteerd worden bij de jaarlijkse conferentie ‘’American Association of Geographers’’ in Washington, D.C.