Tijdens een opgraving in de Centraal-Franse plaats Villedieu-sur-Indre, hebben archeologen negen kuilen ontdekt met de resten van 28 paarden. Via koolstofdatering hebben de archeologen vastgesteld dat het massagraf stamt uit de periode tussen 100 v.Chr. en 100 n.Chr., waarmee de vondst uit de Gallische of Romeinse tijd van de regio stamt. Volgens de onderzoekers werden de paarden begraven vlak nadat ze stierven, ofwel na een offerritueel, of nadat ze omkwamen tijdens een veldslag.

Tekst: Thomas van Roijen

Krijgspaarden of Gallisch offerdieren?

Alle 28 paarden, die rond de zes jaar oud waren toen ze stierven, werden op hun rechterzijde begraven en met hun hoofden naar het zuiden gelegd. Ook werd er een kleiner graf gevonden waarin de resten van twee honden werden gevonden, waarvan de koppen richting het westen lagen. De precieze reden van de massale begrafenis is vooralsnog onduidelijk, maar de archeologen denken dat het om een Gallisch offerritueel ging of om paarden die tijdens gevechten om het leven zijn gekomen.

Wel durven de onderzoekers uit te sluiten dat de dieren niet door ziekte kwamen te overlijden, aangezien het allemaal hengsten waren. Als er wel een ziekte in het spel was geweest, hadden er namelijk ook merries in de graven moeten liggen.

Archeologie Online is van de makers van Archeologie Magazine. Meer weten over dit prachtige magazine? JA GRAAG!

Alle 28 paarden werden op hun rechterzijde begraven en met hun hoofden naar het zuiden gelegd

Hamid Azmoun, Inrap.

Gallische Oorlog

Hoe de hengsten precies aan hun einde zijn gekomen moet verder onderzoek uitwijzen. Voor nu denken de archeologen dat het paardenmassagraf te maken heeft met de Gallische Oorlog (58 – 51 v.Chr.) die Julius Caesar voerde in het gebied. In de buurt van Villedieu-sur-Indre vond namelijk een belangrijke veldslag plaats, dus het kan zijn dat de paarden daarbij betrokken waren. Daarnaast willen de archeologen ondanks het gebrek aan grafgiften niet uitsluiten dat de paarden ritueel werden geofferd. Vanwege de geringe aanwijzingen staan de onderzoekers voorlopig nog voor een mysterie dus.

Romeinse of Gallische paarden?

Gepland DNA-onderzoek van de botten moet aantonen waar de paarden precies vandaan kwamen. Zo kan worden vastgesteld of de dieren uit Gallië kwamen of waren meegenomen door Romeinse troepen. De hengsten behoorden tot een relatief kleine paardensoort die ongeveer 1,20 hoog was. Zowel de inheemse Gallische paarden als de paarden die werden bereden door de Romeinse auxilia waren klein van stuk, dus de archeologen kunnen na het DNA-onderzoek meer zeggen over de aard van de vondst. De auxilia (wat Latijn is voor hulptroepen) werden gerekruteerd buiten de legioenstructuur van het Romeinse leger. Vaak waren dit niet-Romeinse soldaten die onder het bevel stonden van hun eigen aanvoerders.