Tijdens graafwerkzaamheden in de wijk Nes-Noord in het Noord-Hollandse Schagen zijn bouwvakkers gestuit op scherven uit de prehistorie. De potscherven kwamen onverwachts aan de oppervlakte. Het gebied werd namelijk, alvorens de werkzaamheden startten, middels een booronderzoek onderzocht op archeologische sporen. Hierbij kwamen echter geen sporen van archeologische resten naar voren.

Het gebied is nu opnieuw onderzocht door de Archeologisch Werkgroep Kop van Noord-Holland. Zij concludeerden dat het om een bijzondere vondst zou kunnen gaan. De aangetroffen scherven stammen uit de vierde en derde eeuw voor Christus. In Schagen is vorig jaar een nederzetting uit dezelfde periode opgegraven door het Archeologisch Diensten Centrum.

Het huidige onderzoek heeft uitgewezen dat voordat de nederzetting gebouwd werd, de bewoners het veengebied hebben verstevigd met een laag plaggen. Boven de plaggenlaag is een vijftien centimeter dikke laag aangetroffen met afval in de vorm van onder andere as, scherven en botten. Daarnaast werd er ook een intact spintolletje van aardewerk teruggevonden.

In de tweede helft van juli zal de rest van de nederzetting worden opgegraven door de Archeologische Werkgroep. De vondsten die worden gedaan zullen worden vergeleken met de resten die zijn aangetroffen bij de opgraving in 2011. Met de informatie die uit dit onderzoek komt, kan een standaard worden gemaakt waaraan toekomstige vondsten in de Noordkop kunnen worden getoetst.

Bron: Schagen Vandaag