Een kleitablet met het Gilgamesj-epos
Publiek domein
Het Gilgamesj-epos: het oudste fictieverhaal ter wereld
Het Gilgamesj-epos is waarschijnlijk de oudste geschreven fictie die ooit is ontdekt. Het verhaal ontstond rond 2100 voor Christus als een verzameling gedichten over de vele avonturen van Gilgamesj, de mythische koning van Uruk (een stad in het zuiden van Mesopotamië). Maar het epos mag dan misschien het oudste verhaal zijn, de teksten worden pas relatief kort bestudeerd - sind de tweede helft van de 19de eeuw. Vanaf ongeveer de zesde eeuw v.Chr. zijn ze namelijk in de vergetelheid geraakt, tot ze meer dan tweeduizend jaar later weer werden herontdekt. Wanneer en waar zijn de teksten precies gevonden? En wat voor betekenis had deze archeologische ontdekking?
De eerste kleitabletten met fragmenten van de Gilgamesj-epos werden in 1853 gevonden in de ruïnestad Ninive, in het noorden van hedendaags Irak. Ninive was van 703 tot 612 v.Chr. de hoofdstad van het Assyrische Rijk, dat bestond tussen ca. 2000 v.Chr. en 609 v.Chr. De ontdekking werd gedaan door de Ottomaanse archeoloog Hormuzd Rassam, die 12 in Ninive twaalf met spijkerschrift beschreven kleien tabletten vond uit de periode 1300 tot 1000 v.Chr.
ARCHEOLOGIE ONLINE IS VAN DE MAKERS VAN ARCHEOLOGIE MAGAZINE, MEER WETEN OVER DIT PRACHTIGE MAGAZINE? KLIK HIER!
Bewijs van de Bijbelse zondvloed?
Deze tabletten kregen in 1872 wereldwijde aandacht, toen de Britse Assyrioloog George Smith een deel van het verhaal ontcijferde. Uit Smiths onderzoek bleek dat de tabletten een grote zondvloed beschreven, die bijna de gehele wereldbevolking uitroeide. Het schijnt dat, toen Smith zijn ontdekking deed, hij enthousiast uit zijn stoel sprong en door de kamer begon te rennen, terwijl hij wild zijn kleren uittrok. Dit komt in eerste instantie misschien over als een nogal hysterische reactie, maar Smith dacht dat hij historisch bewijs had gevonden voor het Bijbelse zondvloedverhaal uit Genesis.
George Smith
Publiek domein
De ontdekking van de Gilgamesj-epos
Veel van Smiths tijdgenoten waren net zo enthousiast over de ontdekking als hijzelf. Toen hij zijn bevindingen presenteerde Society of Biblical Archaeology in Londen, was zelf de Britse premier William Gladstone aanwezig. Ook de internationale pers smulde van Smiths ontdekking, wiens archeologische carrière een grote vlucht nam. Het British Museum financierden twee reizen voor hem naar hedendaagse Irak, om meer onderzoek te verrichten. De nu wereldbefaamde Assyrioloog liep echter tijdens zijn tweede reis in Aleppo dysenterie op, waaraan hij in 1876 overleed. Smith zou nooit leren wat hij daadwerkelijk ontdekt had. Hoewel hij uiteindelijk geen bewijs van het zondvloedverhaal had gevonden (beide zondvloedverhalen zouden immers fictief kunnen zijn), was zijn werkelijke ontdekking niet minder interessant: maar de oudste literatuur ter wereld. Het verhaal dat bekend zou komen te staan als het Gilgamesj-epos.
Waar gaat het verhaal over?
Het Gilgamesj-epos vertelt over de vele avonturen van de knappe, atletische en jonge koning Gilgamesj van Uruk. Uruk was een stad in het zuiden van hedendaags Irak die ontstond in het vierde millennium v.Chr. waarmee het een van de eerste steden ter wereld is. Het lijkt erop dat een echt-bestaande koning genaamd Gilgamesj over de stad heerste van 2652 v.Chr. tot 2602 v.Chr. Waarschijnlijk is deze koning later gemythologiseerd, vanwege zijn succesvolle bewind over de stad, al zijn hier weinig archeologische bewijzen van gevonden.
Gilgamesj is dan misschien de held van het verhaal, maar in eerste instantie is hij geen goede koning. Hij is arrogant, wreed en daagt constant de mannen van Uruk uit tot gevechten. Ook eist hij het recht op van primae noctis, een gebruik waarbij de koning de eerste nacht met een net-getrouwde bruid spendeert, in plaats van de bruidegom.
Begrijpelijkerwijs leidt Gilgamesj’ gedrag tot veel onvrede onder de bewoners van Uruk, die zich voor hulp richten tot de Mesopotamische god Anu. Deze stuurt Enkidu, een beestachtige man die zijn eerste dagen op aarde spendeert als wild dier. Enkidu moest bij Gilgamesj voor afleiding zorgen, zodat de koning zijn ondergeschikten met rust zou laten. Nadat Eniku deels geciviliseerd wordt door een priesteres genaamd Shamhat, reist Enkidu af naar Uruk. Hier breekt een gevecht los tussen Gilgamesj en Enkidu, dat door Gilgamesj gewonnen wordt. Hierna worden de twee beste vrienden en beleven ze allerlei avonturen. Ze doden samen monsters en raken in gevecht met de goden, wat uiteindelijk tot Enkidu’s dood leidt. Geschokt over de dood van zijn beste vriend, gaat Gilgamesj in de tweede helft van het epos op zoek naar het eeuwige leven. Tijdens deze zoektocht vindt hij Utnapishtim, een onsterfelijke man die een grote zondvloed overleefd heeft. Utnapishtim vertelt dat de koning zijn sterfelijkheid moet accepteren, waarna Gilgamesj terugkeert en tot zijn dood heerst als goede koning.
Gilgamesj en Enkidu verslaan het monster Humbaba, een scène uit het Epos. Kleien tablet uit de 19de - 17de eeuw v.Chr.
Publiek domein
Wat heeft deze ontdekking betekend?
De ontdekking van de Gilgamesj-epos heeft ons veel geleerd over de samenlevingen van het oude Mesopotamië. Het behandelt vele thema’s zoals vijand- en vriendschap, de rol van een koning, onsterfelijkheid, de dood, man-vrouw verhoudingen, de geciviliseerde wereld versus de wilde natuur etc. Het vormt een belangrijke historische lens om de cultuur en opvattingen de een van de eerste samenlevingen ter wereld te begrijpen.
Bronnen: Britannica, History on the Net, The New Yorker.