Een kaart uit Atlantis: The Antediluvian World, 1882. De witte delen op de kaart tonen de invloed die het Atlantische rijk gehad zou hebben
Ignatius Donnelly, publiek domein.
Bestond Atlantis echt?
Bestond Atlantis echt? Het korte antwoord luidt: nee, Atlantis - het mythische Griekse eilandenrijk dat in de Oceaan zou zijn verdwenen - heeft niet echt bestaan. Maar waarom houdt dit verhaal de mensheid dan al zo lang bezig? Is het misschien toch deels op ware gebeurtenissen gebaseerd? En waarom claimen archeologen dan eens in de zoveel tijd toch weer Atlantis gevonden te hebben?
Oorsprong van het verhaal
Het verhaal over Atlantis hebben we te danken aan de Griekse filosoof Plato (ca. 427 - 347 v.Chr.). In zijn dialogen Timaeus en Critias beschrijft hij een paradijselijk eilandenkoninkrijk, "groter dan Noord-Afrika en Klein-Azië bij elkaar" waarvan de bewoners halfgoden waren en in overvloed en rijkdom leefden. Atlantis bevond zich volgens Plato voorbij de Straat van Gibraltar, ergens in de Atlantische Oceaan (die overigens zijn naam dankt aan het mythische eilandenrijk). Hij beschrijft hoe, 9.000 jaar voor zijn eigen tijd, de Atlantiërs in hun machtige expansiedrift de Griekse stad Athene aanvielen. De Atheners wisten echter de aanval af te slaan en zo hun stad van de ondergang te redden. Later werd Atlantis het slachtoffer van een catastrofale vloedgolf die de stad volledig verwoestte. De Atlantiërs werden gestraft door oppergod Zeus, omdat ze te hoogmoedig en hebzuchtig geworden waren. Het paradijs verdween daarom voorgoed onder de zee.
Atlantis tijdens de oudheid
In de antieke wereld was men het al niet eens over de historiciteit van Plato’s verhaal. Aristoteles (384 - 322 v.Chr.), eveneens een beroemde Griekse filosoof en leerling van Plato, dacht dat zijn leermeester het verhaal van Atlantis verzonnen had om een filosofische les over te brengen. De Romeinse schrijver Plinius de Oudere (24 - 79 n.Chr) schreef ongeveer vier eeuwen later dat het eiland ‘volgens Plato’ bestond. Deze twee meningen vatten goed samen hoe de meeste antieke schrijvers erover dachten. Ze zagen Atlantis als een filosofische allegorie of gingen ervan uit dat het eilandenrijk alleen ‘volgens Plato’ bestond. Al waren er zeker ook schrijvers die het verhaal serieus namen.
Atlantis tijdens de middeleeuwen en renaissance
Europese schrijvers uit de Middeleeuwen namen het bestaan van Atlantis een stuk serieuzer. Dit geloof werd ondersteund door de vele mythes die destijds de ronde deden over legendarische en paradijselijke eilanden, zoals de Griekse Eilanden der Gezegenden, het eiland Avalon uit de Britse Arthurlegende of het spookeiland Antillia, een Portugese legende.
ARCHEOLOGIE ONLINE IS VAN DE MAKERS VAN ARCHEOLOGIE MAGAZINE, MEER WETEN OVER DIT PRACHTIGE MAGAZINE? KLIK HIER!
Toen Columbus in 1492 Amerika ontdekte, ontstond al snel de theorie dat de Oude Grieken afwisten van deze ‘Nieuwe Wereld’, en dat Amerika het eigenlijke Atlantis was. Deze theorie werd samengevat met de slagzin “Orbe novo non novo” of “De Nieuwe Wereld is niet nieuw”. Eeuwenlang bleven velen deze theorie aanhangen, waaronder grote denkers zoals Francis Bacon (1561 - 1626) en Alexander Humboldt (1769 - 1859). In 1664 besloot de Jezuïtische geleerde Athanasius Kircher (1602 - 1680) zelfs een gedetailleerde kaart van Atlantis te tekenen, om zo het bestaan van het eilandenrijk geloofwaardiger te maken. Hij plaatste Atlantis in het midden van de Atlantische Oceaan.
Een fictieve kaart van Atlantis uit 1664
Athanasius Kircher, publiek domein.
19de-eeuwse pseudowetenschap
In 1882 publiceerde de Amerikaanse schrijver en politicus Ignatius Donnelly (1831-1901) een pseudowetenschappelijk boek genaamd Atlantis: The The Antediluvian World, wat ook wel het ‘standaardwerk’ over het verzonken continent Atlantis genoemd wordt. Hierin betoogde Donnelly dat Plato zich op waargebeurde feiten gebaseerd had en dat Atlantisch inderdaad ooit echt bestond.
Een kaart uit Atlantis: The Antediluvian World, 1882. De witte delen op de kaart tonen de invloed die het Atlantische rijk gehad zou hebben
Ignatius Donnelly, publiek domein.
De Atlantiërs zouden de voorouders geweest zijn van vrijwel alle destijds bekende oude volkeren. Volgens Donnelly vertoonden bijvoorbeeld de religies van het oude Egypte en de Maya’s nog sporen van de originele Atlantische religie; het aanbidden van de zon. Ook dacht hij dat het Hof van Eden zich op Atlantis bevonden had en dat de Atlantische beschaving ten onder was gegaan door een catastrofale zondvloed, zoals beschreven in de Bijbel. Alhoewel Atlantis: The The Antediluvian World door de wetenschappelijke gemeenschap grotendeels werd weggezet als fantasie, werd het door velen serieus genomen. Het boek was een bestseller en wordt dan ook aangewezen als de voornaamste reden dat de Atlantismythe het tot vandaag de dag heeft overleefd.
Waarom is Atlantis nog steeds zo bekend?
“Het is een verhaal dat erg tot de verbeelding spreekt” vertelt James Romm - professor van klassieke culturen aan het Amerikaanse Bard College - in een interview met National Geographic. “Het is een grootse mythe die veel elementen bevat waarover mensen graag fantaseren.” Romm ziet - evenals Aristoteles dat ruim 2.300 jaar geleden al deed - Plato’s Atlantisverhaal als allegorie. Door over de vergane glorie van een verzonken continent te schrijven, kon Plato volgens Romm een aantal thema’s behandelen die in veel van zijn werken terugkomen. “Plato’s ideeën over het goddelijke versus het menselijke, zijn gedachten over de ideale samenleving, het geleidelijk aan verderven van de menselijke samenleving - het waren allemaal ideeën die we terugvinden in veel van zijn werken. Atlantis was slechts een (stijl)middel om een aantal van zijn favoriete thema’s te behandelen.”
De Minoïsche theorie
Niet alle historici nemen vandaag de dag echter aan dat Atlantis puur een verzinsel van Plato was. Sommigen denken bijvoorbeeld dat de filosoof zich baseerde op het vergaan van een Minoïsche nederzetting op het Griekse eiland Santorini. De Minoërs vormden één van de eerste geavanceerde Europese samenlevingen, die bestond van ongeveer 3000 tot 1100 v.Chr. Ergens tussen 1642 en 1540 v.Chr. vond op Santorini een verschrikkelijke vulkaanuitbarsting plaats, die een groot deel van het eiland wegvaagde. Hierbij werd de Minoïsche nederzetting compleet verwoest. Mogelijk was deze gebeurtenis een inspiratiebron voor het verhaal van Atlantis.
Een satellietfoto van Santorini. Het is nog steeds duidelijk te zien hoe de vulkaanuitbarsting het eiland gevormd heeft
NASA, publiek domein.
Naast Santorini zijn echter nog talloze andere plekken geopperd als mogelijke oorsprong voor plato’s Atlantisverhaal, zoals: Troje, Matla, delen van Spanje, de Canarische Eilanden en de Azoren, om slechts enkele te noemen. Eeuwen later spreekt Plato's verhaal over het verzonken rijk dus duidelijk nog erg tot de verbeelding. Maar, definitief archeologisch bewijs voor het bestaan ervan is nooit gevonden.
Bronnen: Britannica, Encyclopedia Britannica, Galaxy, National Geographic, Public Domain Review, Vox, Wikipedia (1) (2) (3) (4).