De gevonden munten
British Museum.
Grootste verzameling Angelsaksische gouden munten ooit gevonden
In Norfolk in het noordoosten van Engeland zijn 131 gouden munten, een gouden bracteate, een goudstaaf en delen van gouden sieraden opgegraven. Volgens het British Museum is deze vondst de grootste verzameling gouden munten uit de Angelsaksische periode (410 - 1066 na Christus) ooit gevonden.
De gouden voorwerpen zijn tussen 2014 en 2020 gevonden in een weiland, grotendeels door een amateurarcheoloog die anoniem wenst te blijven. Omwille van deze anonimiteit is ook niet bekendgemaakt waar in Norfolk de vondst precies gedaan is. Het goud is dus gedurende een periode van meerdere jaren ontdekt, maar pas recent is het officieel tot ‘schat’ verklaard. Als een archeologische vondst tot schat verklaard wordt, dan is de vinder verplicht om het te koop aan te bieden aan musea. Deze moeten er dan wel een eerlijke prijs voor betalen. Pas als er geen musea zijn die de voorwerpen willen kopen, mag de vinder het aan anderen proberen te verkopen.
ARCHEOLOGIE ONLINE IS VAN DE MAKERS VAN ARCHEOLOGIE MAGAZINE, MEER WETEN OVER DIT PRACHTIGE MAGAZINE? KLIK HIER!
Gevangenisstraf voor een vinder
Zoals gezegd werd het grootste deel van het goud gevonden door dezelfde amateurarcheoloog. Daarnaast werden echter ook 10 van de munten gevonden door David Cockle, een politieagent die in zijn vrije tijd in hetzelfde weiland naar voorwerpen zocht met zijn metaaldetector. Cockle meldde zijn vondsten niet bij de autoriteiten zoals wettelijk verplicht, maar probeerde ze in het geheim te verkopen. Dit werd ontdekt, wat Cockle een gevangenisstraf van 16 maanden en zijn ontslag als politieagent opleverde.
Wat is er precies gevonden?
De goudschat is kort na 600 n.Chr. begraven (waarmee hij uit ongeveer dezelfde periode stamt als het beroemde scheepsgraf van Sutton Hoo) en bestaat voornamelijk uit Frankische tremissis. Tremissis waren oorspronkelijk Romeinse munten die in de late oudheid geslagen werden. Niet-Romeinse volkeren (zoals de Franken) imiteerden deze Romeinse techniek echter en sloegen dezelfde munten. Dat wil zeggen, niet-Romeinse volkeren gebruikten dezelfde techniek om de munten te slaan, gaven deze (ongeveer) hetzelfde gewicht, maar gebruikten wel hun eigen inscripties. Rond 600 n.Chr. waren er in het huidige Engeland al veel soorten gouden munten in omloop, maar deze kwamen van elders, net als de in Norfolk gevonden exemplaren. Door de bevolking zelf werden hier destijds namelijk nog geen gouden munten geproduceerd. Verder zijn er negen solidi gevonden (Byzantijnse gouden munten). Ook zijn er twee delen van sieraden gevonden. Waarschijnlijk zijn deze sieraden destijds opgebroken, zodat ze als betaalmiddel gebruikt konden worden.
Delen van gouden sieraden werden gebruikt als betaalmiddel
British Museum.
Kwetsbare voorwerpen
“De goudschat uit Norfolk is een bijzondere vondst”, vertelt een woordvoerder van het Graafschap Norfolk Helen Geake, in een persbericht. “Het onderstreept het belang van metaaldetectorvondsten voor het begrijpen van de Engelse geschiedenis, maar ook hoe kwetsbaar dit soort objecten zijn voor onverantwoordelijke verzamelaars.”
Bron: British Museum.