De Olduvai-kloof gezien van bovenaf.

De Olduvai-kloof gezien van bovenaf.

Mike Krüger, CC BY-SA 4.0, via Wikimedia Commons.

De Olduvai-kloof: oermensen in Oost-Afrika

Giuseppe Boccucci

De oermens in Oost-Afrika was ruim twee miljoen jaar geleden intelligent genoeg om zich aan te passen aan de veranderende leefomstandigheden. Dat blijkt uit archeologische vondsten die in de afgelopen honderd jaar in de Olduvai-kloof zijn gedaan. Deze ongeveer vijftig kilometer lange kloof bevindt zich in het noorden van Tanzania en wordt net als een gebied in het noorden van Zuid-Afrika) ook wel de ‘Wieg van de Mensheid’ genoemd. In deze kloof zijn namelijk resten teruggevonden van de oudste bekende mensachtigen.

Archeologie in koloniaal Tanganyika

De Olduvai-kloof werd voor het eerst onderzocht in 1911, toen Tanganyika, zoals het vasteland van Tanzania toen heette, nog een Duitse kolonie was. De Duitse archeoloog Wilhelm Kattwinkel ontdekte hier overblijfselen van een lang uitgestorven paardenras met drie tenen. Deze vondst was de aanleiding voor een nader onderzoek door Duitse wetenschappers in 1913, waarbij ook menselijke resten en fossielen werden aangetroffen. Met behulp van koolstofdatering werd enkele decennia later vastgesteld dat deze overblijfselen minstens 17.000 jaar oud waren. Er waren meer Duitse onderzoeken gepland in de kloof, maar de Eerste Wereldoorlog gooide roet in het eten.


Archeologie Online is van de makers van Archeologie Magazine. Meer weten over dit prachtige magazine? JA GRAAG!


Na de oorlog kwam de kolonie in Britse handen. De Britse paleontoloog Mary Leakey en haar zoons Richard en Jonathan gingen vanaf 1931 op zoek naar overblijfselen van oude mensachtigen in Tanzania en Kenia. Zo ontdekten zij in 1948 op het eilandje Rusinga in het Tanganyikameer de ruim 20 miljoen jaar oude schedel van een Proconsul africanus. De schedel van deze mensaap bleek het oudst bekende menselijke fossiel te zijn. In de jaren daarop zou hun zoektocht hen ook in de Olduvai-kloof brengen.
 

Mary Leakey en haar man Louis.

Mary Leakey en haar man Louis.

Smithsonian Institute, via Wikimedia Commons.

Homo habilis: de primitieve klusjesman

In 1959 ontdekten de Leakey’s, die ondertussen de samenwerking waren aangegaan met andere Britse paleontologen, namelijk in de Olduvai-kloof een kleinere mensensoort. Er werden delen van een schedel ontdekt, waarvan werd vastgesteld dat ze ruim twee miljoen jaar oud waren. In de nabije omgeving zijn daarnaast primitieve werktuigen gevonden, zoals een stenen bijl. Deze voorwerpen kwamen min of meer uit hetzelfde tijdperk als deze nieuw ontdekte mensachtige.

De onderkaak van een Homo habilis, gevonden in 1960 in de Olduvai-kloof.

De onderkaak van een Homo habilis, gevonden in 1960 in de Olduvai-kloof.

Scott Taylor, CC BY-SA 3.0, via Wikimedia Commons.

Deel van de schedel van een Paranthropus boisei, een primitieve aapsoort die ongeveer twee miljoen jaar geleden in oostelijk Afrika leefde. De reconstructie van de schedel is mogelijk gemaakt door de vondsten van kleine stukjes menselijk bot die zijn gevonden in de Olduvai-kloof.

Deel van de schedel van een Paranthropus boisei, een primitieve aapsoort die ongeveer twee miljoen jaar geleden in oostelijk Afrika leefde. De reconstructie van de schedel is mogelijk gemaakt door de vondsten van kleine stukjes menselijk bot die zijn gevonden in de Olduvai-kloof.

James St. John, CC BY-SA 2.0, via Wikimedia Commons.

Aanvankelijk gingen experts ervan uit dat de Leakey’s de restanten van een kleine primitieve aapsoort hebben ontdekt. Deze zou ruim twee tot drie miljoen jaar geleden langs de kust van Zuidoost-Afrika hebben geleefd: de Australopithecus (“zuidelijke aap”). Een jaar later ontdekte het team van Leakey echter in dezelfde kloof deel van een kaak van een mensachtige. Ook deze kaak bleek ruim twee miljoen jaar oud te zijn.

Aan de hand van die laatste vondst is besloten om deze aapsoort toch te scharen onder de mensachtigen. Deze kleine mensachtige kreeg de naam Homo habilis, wat Latijn is voor “Handige man”. Het is namelijk zeer aannemelijk dat deze oermens gebruikmaakte van de werktuigen die zijn aangetroffen in de Olduvai-kloof. Gedurende de jaren 1960, 1970 en 1980 zijn er in en om de kloof nog ruim 400 stukken gevonden van een schedel van de Homo habilis. Een mooi voorbeeld hiervan is de schedel van de oermens “Twiggy” die in 1968 door de Tanzaniaanse archeoloog Peter Nzube – onderdeel van het Leakey-team – is ontdekt in de Olduvai-kloof.
 

Deels gereconstrueerde schedel van Twiggy in het Nationaal Museum van Tanzania in Dar es Salaam.

Deels gereconstrueerde schedel van Twiggy in het Nationaal Museum van Tanzania in Dar es Salaam.

Nachosan, CC BY-SA 3.0, via Wikimedia Commons.

Er bestaat echter nog altijd een debat of de Homo habilis daadwerkelijk een mensachtige is. Uit de gereconstrueerde schedels is door enkele wetenschappers geconcludeerd dat de Homo habilis te weinig hersenen had om als mensachtige beschouwd te kunnen worden.

Wendbare oermens

Lange tijd was het niet veel bekend over de leefomstandigheden van de Homo habilis in en om de Olduvai-kloof. Recent onderzoek in de Olduvai-kloof heeft daar echter verandering in gebracht. Er zijn fossielen aangetroffen van diverse zoogdieren, vogels en reptielen. Deze grote variëteit toont aan dat het gebied in Noord-Tanzania voor een periode van ruim 200.000 jaar sterk veranderd is in ecologisch opzicht. Naast de veranderingen in diersoorten, zijn er ook aanwijzingen gevonden dat het landschap sterk is veranderd.
 

Schets van hoe de Homo habilis eruit zou hebben gezien. In de schets kraakt de Homo habilis een noot met een steen.

Schets van hoe de Homo habilis eruit zou hebben gezien. In de schets kraakt de Homo habilis een noot met een steen.

William Daniel Snyder, CC BY-SA 4.0, via Wikimedia Commons.

De Homo habilis bleek zich te kunnen redden in steppen, palmbossen en graslanden, want uit het bodemonderzoek is gebleken dat deze mensachtige in dit gebied is gebleven, ondanks het zeer veranderlijke landschap. Dit is een duidelijk teken dat de oermens die twee miljoen jaar geleden in Noord-Tanzania leefde, intelligent genoeg was om zich aan te passen aan een veranderend klimaat. Met behulp van werktuigen zoals de stenen bijl wist de Homo habilis handig gebruik te maken van zijn leefomgeving.

Belangrijke kennis van de steentijd

Vanaf de jaren 1970 werden de vondsten uit de Olduvai-kloof ondergebracht in een speciaal museum, dat kort daarvoor was opgericht door Mary Leakey. Na haar dood in 1996 kwam het museum in handen van het departement van Oudheidkunde van de Tanzaniaanse overheid, dat sindsdien ook de archeologische activiteiten in de Olduvai-kloof heeft overgenomen. Dit overheidsdepartement heeft het onderzoek naar de prehistorische geschiedenis van Tanzania in de jaren daarop flink bevorderd met behulp van wet- en regelgeving. Archeologen hopen dat we dankzij deze initiatieven meer te weten komen over onze vroegste voorouders.

Het Olduvai-museum.

het Oldvai-museum.

Kufundisha, CC BY-SA 4.0, via Wikimedia Commons.

Meer lezen