De Grote Volksverhuizing

De belangrijkste verhuizingsstromingen.

Public Domain, via Wikimedia Commons

De Grote Volksverhuizing

Chayah Visser

Tussen de 4e en 6e eeuw verplaatsten hele stammen zich en joegen andere volken voor zich uit. Hierdoor trokken verschillende voornamelijk Germaanse volken het Romeinse Rijk binnen. Dit wordt de Grote Volksverhuizing genoemd. Maar wat zorgde ervoor dat hele volken besloten te migreren?

Deze massale verplaatsing van volken en stammen had verschillende oorzaken. Enerzijds werden ze opgejaagd door het volk van de Hunnen – die trokken uit Azië weg naar het westen, vanwege een klimaatsverandering die het leven daar onmogelijk maakte. Anderzijds werden de Germanen aangetrokken door de verzwakte positie en de rijkdommen van de West-Romeinen. In 285 werd het Romeinse Rijk namelijk opgedeeld in een West-Romeins Rijk (285-476 n.Chr.) en een Oost-Romeins Rijk (285-1453 n.Chr.). Hoewel het oostelijke deel nog meer dan duizend jaar bleef bestaan, verzwakte het westelijk deel hierna steeds verder door economisch verval, burgeroorlogen en instabiele regeringen.

Foederati

Vanwege het steeds verder verzwakkende West-Romeinse Rijk, sloten de Romeinen vanaf 3e eeuw diverse verdragen met de Germanen. Germanen mochten in het rijk wonen als ze zich hielden aan Romeinse wetten en troepen leverden aan het Romeinse leger.

Germanen die werden ingelijfd in het Romeinse leger heetten foederati. Ze dienden als buffer tegen de invallen van andere volken. Omdat de foederati onder hun eigen legerleiding mochten blijven, integreerden ze nauwelijks in de Romeinse cultuur. Stukje bij beetje namen ze het leger over, een proces wat door de Romeinen ‘barbarisatie’ werd genoemd. Uiteindelijk was het Romeinse leger zodanig gebarbariseerd dat in 476 n.Chr. de laatste West-Romeinse keizer afgezet door Odoaker, een generaal van Germaanse afkomst.

De belangrijkste volken van de Grote Volksverhuizing

Hunnen

De Hunnen waren een verzameling van Aziatische nomadenstammen. Ze werden van de steppen in Centraal-Azië verdreven door een klimaatsverandering, die het gebied onherbergzaam maakte. De Hunnen trokken hierna al plunderend naar het westen en door hun militaire expertise verdreven ze de Germaanse volken, die op hun buurt verder trokken naar het West-Romeinse Rijk. Op hun hoogtepunt beheersten de Hunnen het gebied tussen de Rijn en de Oeral. Onder de heerschappij van hun beruchte koning Atilla de Hun (433-453) waren ze een enorme bedreiging voor de Romeinen. Zijn dood betekende echter het einde van Hunnenrijk, wat daarna snel uiteenviel.


ARCHEOLOGIE ONLINE IS VAN DE MAKERS VAN ARCHEOLOGIE MAGAZINE, MEER WETEN OVER DIT PRACHTIGE MAGAZINE? KLIK HIER!


Vandalen

De Oost-Germaanse Vandalen werden uit Midden-Europa verdreven door de Hunnen en trokken hierop zuidwaarts. Daar plunderden ze Gallië, het huidige Frankrijk, en vestigden ze zich in 409 tijdelijk in Andalusië. Nadat ze daar in 418 verdreven werden door de Visigoten, trokken ze in 429 verder naar Marokko. Daar namen ze gebieden in Noord-Afrika van de Romeinen in en stichtten er het Vandaalse Rijk, met Carthago als belangrijk centrum. Vanaf hier hielden ze in de vijfde en zesde eeuw plundertochten langs de kusten van de Middellandse Zee. Ze werden gevreesde piraten langs de kust van het Oost- en West-Romeinse Rijk. De Vandalen plunderden Rome in 455, maar in 533 werden ze uiteengeslagen door het Oost-Romeinse Rijk. Het woord ‘vandalisme’ is dan ook afkomstig van de plundertochten van de Vandalen.

Visigoten

De Visigoten waren een Oost-Germaans volk dat in 271 Dacië (Roemenië) binnen trok. Op de hielen gezeten door de Hunnen, zochten ze hun bescherming bij de Romeinen en werden foederati. De Romeinen gaven hen hierbij toestemming om in de Balkan te wonen. In ruil hiervoor leverden de Visigoten manschappen voor het Romeinse leger. Maar de verhoudingen met de Romeinen waren niet ideaal. Hun generaal Stilicho werd in 408 vermoord uit angst voor de barbarisatie. Daarop plunderden de Visigoten Rome in 410 onder leiding van hun koning Alarik Ivan (?-507). De Visigoten vestigden zich in 418 in Aquitanië in Zuid-Frankrijk en verbreidden hun rijk over Gallië. In 507 werden ze uit Aquitanië verdreven door de Franken en op hun beurt veroverden ze Andalusië van de Vandalen. Uiteindelijk werden ze in 711 verdreven door de Moren naar het huidige Asturië, in het noorden van Spanje.

Salische Franken

De Salische Franken vestigden zich in wat nu de Lage Landen zijn. Ze trokken in 358 Toxandrië in, de huidige Kempen. Na de stichting van hun koninkrijk in 440, werd Doornik hun centrum. In rap tempo verbreidden ze zich zuidwaarts, eerst tot aan de Somme, daarna tot aan de Loire. In 507 verdreven ze de Visigoten uit Aquitanië. Rond 511 behoorde bijna heel Gallië tot hun rijk.

Meer lezen