LIDAR-scan

Een klein gedeelte van de LIDAR-scan

William M. Ringle et alvia Plos One. CC BY 4.0

Laserlicht brengt groot Maya-stedennetwerk in kaart

Een internationaal team van archeologen en wetenschappers heeft voor het eerst de Puucheuvels op het Mexicaanse schiereiland Yucatán volledig in kaart gebracht, met behulp van LIDAR (Laser Imaging Detection And Ranging). Deze heuvels staan al sinds 1840 bekend om hun vele archeologische vindplaatsen van eeuwenoude Mayanederzettingen. Nog niet eerder is op zulke grote schaal onderzoek gedaan naar de oude constructies in deze regio. De LIDAR-scan biedt veel nieuwe inzichten in het leven van de Maya's. 

In de jaren 40 van de 19de eeuw deden de Britse archeologen John Lloyd Stephens en Frederick Carterwood voor het eerst onderzoek in de Puucheuvels. Al gauw bleek het een van de meest dichtbevolkte regio’s uit de laat-klassieke periode van de Mayageschiedenis (600 – 950 n.Chr.) te zijn, al zijn hier ook constructies teruggevonden die tot wel 1.000 jaar ouder zijn dan dat. Het gebied is dus eeuwenlang bewoond geweest door verschillende Mayaculturen. Sinds het onderzoek van Stephens en Carterwood vormen de Puucheuvels een populaire locatie voor archeologische onderzoek. De afgelopen 150 jaar zijn er dan ook diverse andere Maya-constructies ontdekt. Tot nu toe ontbrak echter een grootschalig onderzoek van de gehele regio.

Scannen vanuit het luchtruim

“We hebben een piloot over het gebied laten vliegen [met een LIDAR aan boord] en dat heeft ons in twee dagen meer data opgeleverd dan we zelf ooit in ons leven hadden kunnen verzamelen.” vertelt William Ringle in een interview met Live Science. Ringle doet al 20 jaar onderzoek in de regio en is hoofdauteur van het wetenschappelijke artikel dat over de LIDAR-scan verscheen in Plos One. “Het lijkt erop dat dit een zeer welvarende regio was, gezien de vele gemetselde stenen huizen.”


ARCHEOLOGIE ONLINE IS VAN DE MAKERS VAN ARCHEOLOGIE MAGAZINE, MEER WETEN OVER DIT PRACHTIGE MAGAZINE? KLIK HIER!


Wat is LIDAR precies?

LIDAR is een technologie waarbij afstand tot een object of oppervlak bepaald wordt door middel van laserpulsen. De reflecties die deze pulsen afgeven als ze een oppervlakte raken, worden vervolgens weer opgevangen, waardoor na enige tijd een 3D-model van een oppervlakte berekend kan worden. De werking van LIDAR is vergelijkbaar met die van een radar. Het grote verschil is hierbij echter dat LIDAR gebruikt maakt van laserpulsen in plaats van radiogolven.

Wat is er gevonden?

In totaal is een gebied van 237 vierkante kilometer geanalyseerd, waarbij 7.902 funderingen van huizen en 1.232 stenen houtovens zijn ontdekt. Ook bleek dat de lokale Mayabevolking op grote schaal steen houwde en gebruik maakte van terraslandbouw en kunstmatige waterreservoirs.

Nederzettingen waren verspreid door het landschap in clusters, die verschillende kleinere gemeenschappen gevormd moeten hebben. Bij veel van de stenen funderingen konden de archeologen nog vaststellen waar muren hebben gestaan. Hieruit leidden ze af dat een huis toen gemiddeld over 2 à 3 kamers beschikte. Ook was het opvallend dat de elite niet in aparte wijken woonde. Villa’s en andere grotere constructies waren namelijk niet gegroepeerd in aparte wijken, maar juist verspreid door heel het landschap. Dit is ongewoon voor pre-industriële steden, waar in het algemeen de elite in het centrum woonde en de bevolking steeds armer werd naarmate men verder van het centrum raakte.

Een vreedzaam bestaan

Ondanks de dichtbevolktheid van het gebied, lijkt het erop dat de verschillende gemeenschappen grotendeels vreedzaam samenleefden. Ringle: “Er zijn wel wat afbeeldingen van krijgers gevonden, maar het kwam niet tot het punt dat ze barricades opgooiden om zich te verdedigen tegen hun buren.”

Drinkwater

Aangezien het een heuvelachtig gebied is, was grondwater praktisch onbereikbaar voor de Maya’s. En omdat de heuvels zich voor het grootste gedeelte bevinden op een waterdoorlatende kalkstenen ondergrond, zijn er in de regio nauwelijks natuurlijke waterbronnen zoals meren of rivieren. “Mensen moesten dus andere manieren vinden om aan drinkwater te komen” aldus Ringle. De Maya’s bouwden daarom kunstmatige waterreservoirs genaamd ‘chultuns.’ Dit waren flesvormige waterkelders met trechters aan de oppervlakte die regenwater op konden slaan, vergelijkbaar met Europese cisternen (de Basilica Cisterne in Istanboel is hier het bekendste voorbeeld van). Ook bouwden ze zogenaamde ‘aguada’s,’ eveneens grote ondergrondse waterbassins waarin lange bovengrondse regenwaterkanalen uitmondden. Uit de LIDAR-scan bleken sommige van deze kanalen enkele honderden meters lang te zijn.

Een grote steenhouwersindustrie

Steenhouwerijen lijken een zeer belangrijk onderdeel te zijn geweest van de lokale economie. De 1.232 gevonden stenen houtovens werden waarschijnlijk gebruikt om kalk te produceren door kalksteen te verhitten. Kalk kan gebruikt worden om mortel mee te maken (een betonsoort die gebruikt wordt voor metselen), maar ook om maïs mee te weken, zodat het makkelijker te verteren is. Volgens Ringle was kalk hier dus een “belangrijke grondstof, zelfs op het niveau van een individueel huishouden.”

Bronnen: Live Science, Plos One, Wikipedia.


ARCHEOLOGIE ONLINE IS VAN DE MAKERS VAN ARCHEOLOGIE MAGAZINE, MEER WETEN OVER DIT PRACHTIGE MAGAZINE? KLIK HIER!


Meer lezen