Uit een onlangs uitgevoerde chemische analyse van in de jaren vijftig bij Maros-Pangkep in Indonesië gevonden grottekeningen blijkt dat deze zeker 39.900 jaar oud moeten zijn. Hiermee zijn deze grottekeningen ouder dan de beroemde grotschilderingen uit Frankrijk en Spanje. Aanvankelijk dachten wetenschappers dat de Indonesische grottekeningen nooit ouder konden zijn dan een paar duizend jaar.

Een handafdruk

De oudste schildering in de grot is een handafdruk. Deze is gemaakt door vloeibare oker over een hand te sproeien. Ook bevat de grot diertekeningen. Op een tekening herkenden de wetenschappers al een zogenaamde babiroessa. Dit is een soort zwijn met opkrullende slagtanden. Tegenwoordig komt deze alleen nog voor op Sulawesi en kleine omringende eilanden. De diertekeningen zijn wel iets jonger dan de overige tekeningen in de grot, ongeveer 35.000 jaar.

Homogene ontwikkelingen

Door de ontdekking van de Indonesische grottekeningen konden wetenschappers al gelijkenissen trekken. Bij de dieren die afgebeeld worden, gaat het bijvoorbeeld zowel in Europa als in Indonesië vooral om grote en gevaarlijke zoogdieren. Nu is echter ook vastgesteld dat de veronderstelling dat grotschilderen als bezigheid in Europa is begonnen, feitelijk onjuist is. De prehistorische schilderkunst ontwikkelde zich juist op meerdere plekken.

Nieuwe ontdekkingen

Er worden meer ontdekkingen verwacht. Dezelfde onderzoekers zijn ook bezig op Borneo en in Noord-Australië, waar ook een aantal grotschilderingen zijn gevonden. Hoogleraar oude steentijd Wil Roebroeks verwacht dat hier soortgelijke ontdekkingen zullen worden gedaan. Het tropische klimaat heeft er in ieder geval in de Indonesische grot ook niet voor gezorgd dat de tekeningen snel verdwenen.

Bron: www.volkskrant.nl