Kleding was in de ijzertijd niet grijs en saai, zoals voorheen werd gedacht. Men droeg toen juist kleurrijke kleding met patronen. Deze conclusie werd getrokken na een nieuw onderzoek van het Deense Nationale Museum.

De ontdekking werd gedaan na de analyse van 180 textielmonsters van 26 verschillende vondsten uit veenmoerassen. Het onderzoek werd uitgevoerd door Ulla Mannering, senior onderzoeker en archeoloog aan het Deense Nationale Centrum voor Textielonderzoek van het Nationale Museum.

“In het begin van de ijzertijd kwam de trend van kleurrijke kleding met patronen op,” aldus Mannering. “Voorheen dacht men dat bonte kleding pas rond de jaartelling opkwam. Onze analyse heeft uitgewezen dat kleuren en patronen al in de vroege ijzertijd werden gebruikt. Dat is 500 jaar eerder dan werd vermoed.”

Nieuwe kijk op de veenlijken

Het nieuwe onderzoek heeft tevens uitgewezen dat de lichamen die ritueel lagen begraven in de veenmoerassen ouder zijn dan werd gedacht. De meesten zijn rond de 2.000 jaar oud. Ook is de theorie ontkracht dat deze veenlijken armzalig of gevangenen waren. “We moeten onze kijk op de veenmoerassen bijstellen, omdat de lichamen zijn begraven in een context die compleet afwijkt van wat we voorheen dachten,” aldus Mannering. “De kleding is bij eerder onderzoek niet meegenomen in de studie om inzicht te verschaffen in de sociale status van de veenlijken, ondanks dat deze een belangrijke rol speelde in de determinatie. ”

De vrouw van Huldremose

Eén van de veenlijken, de vrouw van Huldremose, werd gevonden in een moeras in Jutland op 19 mei 1879. Over deze vrouw werd gedacht dat zij arm was en daarom was geofferd aan god. Haar kleding doet echter het tegenovergestelde vermoeden: zij droeg twee jassen van schapenleer en een rok en sjaal van geweven wol. “De vrouw van Huldremose is een goed voorbeeld van een verkeerde interpretatie,” aldus Mannering.

De jassen zijn gemaakt uit de huid van veertien schapen. Haar kleding was van hoge kwaliteit en had vele kleuren, met name de niet veel voorkomende kleur rood. Allemaal indicaties dat zij een hoge sociale status had binnen de samenleving. Er wordt vermoed dat zij naar het veen is gebracht om te worden vereerd.

Verftechnieken

De analyse van de textielmonsters werd uitgevoerd door een Belgisch onderzoeksinstituut. Wetenschappers voerden analyses uit op de monsters en konden daardoor de chemische samenstelling van de compositie van de kleuren achterhalen. Hieruit bleek dat mensen uit de vroege ijzertijd hun kleding geel, blauw en rood konden verven. Om kleding met meerdere kleuren te maken, gebruikten zij verschillende verftechnieken en meerdere verfbaden.

“We hebben geen kleuren of patronen aangetroffen in bronstijdkleding,” aldus Mannering. “De vroege ijzertijd moet daarom een periode van grote technologische vooruitgang geweest zijn, wat leidde tot stoffen en kleding met allerlei ontwerpen en kleuren.”

Bron: ScienceNordic