Bij opgravingen die de afgelopen weken in Nijkerk worden uitgevoerd is een gouden beeltenis van de gekruisigde Jezus van ongeveer zeven centimeter hoog gevonden.  Vermoedelijk komt de crucifix uit de zestiende eeuw.

Volgens de leider van het onderzoek, archeoloog Thomas Spitzers, is het vinden van gouden voorwerpen in de Nederlandse bodem bijzonder. In veertig jaar is dit de tweede keer dat dit hem is overkomen. Die eerste vondst was een gouden Romeinse munt op de plek waar nu het Thermenmuseum is gevestigd in Heerlen. De crucifix is de komende twee weken te zien in een tentoonstelling in Museum Oud Nijkerk.

Het gevonden beeldje is overigens niet van massief goud. Het is verguld op een bronzen basis. De overige vondsten bestaan onder meer uit aardewerk en glas. Ook zijn drie geraamten van runderen gevonden. Volgens Spitzers en regio-archeoloog Peter Schut hebben de opgravingen buitengewoon waardevol materiaal opgeleverd. "Vooral uit de bodemmonsters kan veel worden geleerd over het middeleeuwse leven in Nijkerk", aldus de archeologen. Dit komt doordat de stadsgracht na circa 1600 minder van belang werd geacht als verdedigingswerk. Vanaf die tijd is de gracht gedurende tientallen jaren gebruikt als mestvaalt. Dit verklaart ook de vondst van de runderskeletten. Uit de bodemmonsters kunnen ook conclusies worden getrokken over de voedingsgewoonten in die tijd.

De opgravingen hebben onder meer tot doel om de precieze loop van de historische stadsgracht vast te stellen. Veel van wat bekend was over de geschiedenis van Nijkerk ging verloren bij de grote brand in 1540, die ook het stadsarchief in de as legde. De eerste opmerkelijk vondst bij deze opgravingen was, aldus Spitzers, de ontdekking dat ter hoogte van de Oosterstraat en de Vetkamp sprake is geweest van een tweede stadsgracht. Wat de functie hiervan is geweest is nog een mysterie. Sporen van de loop van de oude stadsgracht zijn de afgelopen week ook gevonden aan het Singel in Nijkerk.

(Bron: www.destentor.nl)