Archeologen in de Egyptische necropolis Saqqara hebben de rijkversierde tombe van een koninklijke dokter opgegraven. Het gaat om het graf van Teti Neb Fu, die de hoofdarts was aan het faraonische hof tijdens de zesde dynastie. Ook was hij volgens hiërogliefen in het graf tandarts, ‘magiër van de godin Selket’ en een ‘meester van geneeskrachtige planten’.

Tekst: Thomas van Roijen

Leeggeroofde tombe

De circa 4.100 jaar oude tombe was in het verleden volledig leeggeplunderd: behalve artefacten ontbraken in het graf zelfs menselijke resten. Toch konden de archeologen aan de hand van de muurschilderingen en hiërogliefen vaststellen dat het om het graf van de dokter Teti Neb Fu ging. Zo omschreven de inscripties de verschillende titels van de arts en verbeelden de nog altijd felkleurige schilderingen objecten die hij bij zijn behandelingen gebruikte.

De muurschilderingen in de tombe zijn na duizenden jaren hun kleur nauwelijks verloren.

Egyptisch Ministerie van Toerisme en Oudheden.

Archeologie Online is van de makers van Archeologie Magazine. Meer weten over dit prachtige magazine? JA GRAAG!

Volgens de archeologen was Teti Neb Fu de hoofdarts aan het koninklijk paleis in Memphis, en dus ook de lijfarts van de farao. Onder welke farao(‘s) hij precies diende in de zesde dynastie is vooralsnog onbekend. De onderzoekers suggereren dat hij onder andere arts kan zijn geweest van Pepi II (regeerperiode ca. 2279 – 2219 v.Chr.) en waarschijnlijk ook van een aantal farao’s die na hem aan de macht kwamen. Na de regeerperiode van Pepi II raakte het Oude Rijk in verval en volgden farao’s zich kort na elkaar op, terwijl lokale gouverneurs de macht naar zich toe trokken.

De schilderingen beelden objecten af die Teti Neb Fu gebruikte bij zijn behandelingen.

Egyptisch Ministerie van Toerisme en Oudheden.

Meer belangrijke functies

Naast arts bekleedde Teti Neb Fu andere belangrijke functies. De hiërogliefen in zijn tombe beschrijven hem als een ‘magiër van de godin Selket’, die in de Egyptische mythologie de beschermgodin was tegen vergif. Haar priesters waren gespecialiseerd in het behandelen van schorpioensteken en insectenbeten, waar zowel magische als medische aspecten bij kwamen kijken. Volgens de archeologen wijst de opmerkelijke titel erop dat Teti Neb Fu ook zo’n gifexpert was.

Ook noemen de inscripties hem ‘hoofd-tandarts’ en ‘meester van geneeskrachtige planten’, beide bijzondere titels. Zo komen wetenschappers de eerste titel nauwelijks tegen en is de laatste nog maar één keer eerder ontdekt