Archeologen van de universiteit van Oslo hebben vermoedelijk de overblijfselen van de woning van de Noorse middeleeuwse koningen hebben gevonden. Het verblijf, genaamd Avaldsnes, ligt in de hedendaagse gemeente Karmøy, een gebied dat steeds meer bewijs oplevert voor het feit dat het al eeuwen een centrum van macht is.

“Dit is de enige koninklijke verblijfplaats uit de middeleeuwen waar wij in dit gebied bekend mee zijn,” aldus Dagfinn Skree, een archeoloog aan de universiteit van Oslo. Hoewel er door de jaren heen verscheidene vondsten zijn gedaan die erop duidden dat de Noorse koningen in dit gebied hadden verbleven, biedt deze verblijfplaats het meest concrete bewijs voor die theorie. De opgravingen van Avaldsnes begonnen in juni en waren onderdeel van de grootste wetenschappelijke opgravingprojecten die ooit in Noorwegen zijn uitgevoerd.

Avaldsnes wordt in historische geschriften als een koninklijk landhuis omschreven. De naam is waarschijnlijk een verbastering van Augvald, wie vermoedelijk een koning in de 6e of 7e eeuw was. Er zijn veel interpretaties van de betekenis van zijn naam, waaronder de ‘heerser van de kust’. Dit is een duidelijke indicatie dat Avaldsnes een belangrijk punt vormde in de controle over de regio en het kustgebied.

Centrum van macht

Het landhuis, dat vermoedelijk in de 13e eeuw werd gebouwd, ligt op een strategische locatie voor handel- en doorreismogelijkheden. Het belang van de locatie werd ook duidelijk uit vondsten uit 1800 voor Christus die in het gebied zijn ontdekt, onder meer een grafveld uit de Bronstijd met monumentale heuvels.

Tevens werden er veel vondsten uit de IJzertijd gevonden, zoals geïmporteerde bronzen vazen en een Romeinse gladius. Wat de vondst van het landhuis uniek maakt, is het feit dat het gebied al ruim drieduizend jaar lang een belangrijk centrum van macht is geweest. Het landhuis is daar wederom een bewijs van.

Bron: Past Horizons