Al ruim 2 jaar doen de archeologen van KLAD opgravingen in het Belgische Deinze. De grond onder de middeleeuwse nijverheidsstad blijkt vol te zitten met allerlei archeologische resten. Vandaag ontdekten de archeologen de Brugsepoort, ooit een onderdeel van de oude stadsmuur van Deinze.

De Belgische stad Deinze was in de middeleeuwen vanwege haar nijverheidsindustrie een belangrijk economisch centrum. Gedurende de 16de, 17de en 18de eeuw werd de stad echter meerdere malen het slachtoffer van belegeringen en plunderingen, waardoor Deinze in verval raakte. De lokale economie stortte in en de bevolking verliet in grote getale de stad. Hierdoor raakten vele gebouwen in verval en gingen zij uiteindelijk grotendeels verloren. De Kale Leie Archeologische Dienst (KLAD) is inmiddels al ruim 2 jaar bezig om deze historische gebouwen weer op te graven.

Gedurende die tijd ontdekten de archeologen onder andere een kaaimuur, de oude stadhal en een tuinpaviljoen uit de 18de eeuw. Vandaag maakten ze bekend dat ze bij een fontein op het Kongoplein ook de eerste sporen van de Brugsepoort had aangetroffen. Samen met de al eerder ontdekte Hallepoort maakte deze Brugsepoort tot 1860 onderdeel uit van de stadsmuur van Deinze. De onderzoekers van KLAD gaan voorlopig nog verder met hun opgravingen en hopen ook nog resten tegen te komen van het vroegmiddeleeuwse kasteel van de graaf van Vlaanderen.

Bron: Het Nieuwsblad