Krantenbericht

Krantenbericht over het gezonken schip

'De Drie Gebroeders' in de Leeuwarder Courant van 29 juni 1909. © Delpher: Leeuwarder Courant

Twee Nederlandse scheepswrakken in de Noordoostpolder geïdentificeerd

Twee scheepswrakken die in de Zuiderzee ten onder gingen zijn geïdentificeerd door maritiem archeoloog Yftinus van Popta. Dat is bijzonder, want slechts één keer eerder werd van de meer dan 450 scheepswrakken in de provincie Flevoland, de identiteit van een schip en het verhaal van de eigenaar achterhaald.

Het eerste schip dat van Popta identificeerde heette de Drie Gebroeders. Dat schip zonk op 28 juni, 1909. Schipper Sije Geerts en zijn familie voeren toen met hun tjalk (een type zeilvrachtschip dat voornamelijk voor de binnenvaart gebruikt werd) over de wateren van wat toen nog de Zuiderzee was. Plots raakten ze een obstakel en begon het schip te zinken. Geerts en zijn familie konden gelukkig gered worden door toesnellende vissers, maar de Drie Gebroeders was verloren.


Archeologie Online is van de makers van Archeologie Magazine, meer weten over dit prachtige magazine? Klik hier!


Het identificeren van de Drie Gebroeders

Van Popta liet weten aan de Volkskrant dat hij een vondstmelding vond uit 1947 van een deel van een scheepswrak met de naam Drie Gebroeders erop. Nu was dit in de negentiende en vroege twintigste eeuw een veel voorkomende scheepsnaam. Maar na archieven en oude krantenberichten doorgespit te hebben, vond Popta de bevestiging dat het inderdaad om de Drie Gebroeders van Geerts en zijn familie ging. ‘Ik vond een wrakpeiling die ik kon omrekenen naar moderne coördinaten en die klopten met de vindplaats van het scheepswrak. De naam van het schip en de lading, zand, klopte met wat er in de melding uit 1947 stond.’ aldus Popta.

Tragedie op zee

Maar waar was de Drie Gebroeders nou op stuk gelopen? Een ander scheepswrak zo blijkt. En ook de identiteit van dit scheepswrak is door de maritiem archeoloog achterhaald. ‘Het gaat om De Hoop van schipper Geert Dinkla uit Ten Post in Groningen, gezonken op 19 april 1909, toen een zware windvlaag de roef (kajuit) van het schip blies. De schipper zelf werd overboord geblazen, zijn vrouw, zes kinderen en de schippersknecht verdronken bij de ramp. Een paar weken na de ramp spoelden de lichamen aan in plaatsen als Urk, Wieringen en Enkhuizen. Schipper Dinkla is in een week tijd bij iedere begrafenis geweest. Het verhaal maakte destijds zo’n indruk dat koningin Wilhelmina hem vijftig gulden ondersteuning gaf, omgerekend bijna 600 euro.’

Geen spoor te bekennen

Of de wrakstukken er nu nog liggen is, onduidelijk. Van Popta ontdekte tijdens zijn onderzoek een melding uit de jaren veertig van een landarbeider die gestuit was op het scheepswrak van de Drie Gebroeders. Pas acht jaar later zou een scheepsarcheoloog in staat zijn om de melding te onderzoeken, maar toen deze op locatie aankwam was er van beide wrakstukken geen spoor te bekennen. Misschien waren ze in het geheim verplaatst, of misschien was de scheepsarcheoloog naar de verkeerde plek gegaan.

Van Popta is nog niet zelf gaan kijken op de locatie, maar is dat wel van plan. ‘De wrakken [zijn] geregistreerd als ‘afgeschreven’, niet meer te vinden. Maar dat kan ook betekenen dat er niet op de juiste plaats is gezocht. Misschien vinden we geen compleet schip, maar ik ben vrij zeker dat we nog resten aantreffen.’ De archeoloog denkt overigens ook in de toekomst van nog wel meer scheepswrakken de identiteit en het verhaal achter het zinken te kunnen achterhalen.

Bronnen: De Stentor, Volkskrant


Archeologie Online is van de makers van Archeologie Magazine, meer weten over dit prachtige magazine? Klik hier!


Meer lezen