Archeologen in de Amerikaanse staat Maryland hebben de 300-jaar-oude overblijfselen van een slavenkwartier gevonden in St. Mary’s County. Het kwartier was onderdeel van een plantage gerund door jezuïeten en is op een “steenworp” afstand gevonden van een achttiende-eeuws landhuis dat ooit bewoond werd door jezuïtische missionarissen.

“Dit is een hele zeldzame ontdekking” liet hoofdonderzoeker Julie Schablitsky weten in een interview met CNN; “er bestond zo’n grote kans dat deze vondsten weggevaagd zouden worden, maar wonderbaarlijk genoeg zijn er na al die jaren nog overblijfselen gevonden van dit vertrek.” Er bestaan vandaag de dag namelijk weinig fysieke overblijfselen van de vele slavenvertrekken die ooit in de VS bestaan hebben. Vaak werden deze gebouwen namelijk gemaakt met goedkope materialen die snel konden wegrotten, zoals hout, dichtgestreken met modder en andere materialen om de wind en regen buiten de deur te houden. Meestal hadden de vertrekken slechts een paar bedden, een eenvoudige stookplaats en een aarden vloer. Meerdere families die bij elkaar woonden in één vertrek was de norm.

Gebruiksobjecten

Wat er van de slavenvertrekken precies over is, is nog niet bekend gemaakt -
het onderzoek daarnaar loopt nog. Wel zijn er al meerdere andere vondsten
gepresenteerd. Dan gaat het vooral om de overblijfselen van gebruiksvoorwerpen zoals een kleien tabakspijp, servies en een munt uit 1740 met daarop de Britse koning George II (1683 - 1760) afgebeeld. Het geheel is zo goed bewaard gebleven omdat het begraven lag onder een stuk grond dat al die jaren nauwelijks bewerkt of omgeploegd is. Als het land regelmatig was omgeploegd, dan waren de voorwerpen steeds dieper en dieper in de grond komen te liggen en was volgens de archeologen deze vondst waarschijnlijk nooit gedaan.

Archeologie Online is van de makers van Archeologie Magazine, meer weten over dit prachtige magazine? Klik hier!

Slavenverkoop van 1838

“De jezuïeten waren zeer ijverig met het bijhouden van hun administratie, maar er is erg weinig overgebleven van de administratie van slaven die werkten voor de katholieke kerk,” aldus Schablitsky. Wel is bekend dat jezuïeten in de regio in 1838, 314 slaven hebben verkocht voor een bedrag dat gelijk staat aan 2,8 miljoen euro naar hedendaagse normen. Hier zaten ook slaven tussen die hoorden bij de plantage waarvan het slavenkwartier gevonden is. De opbrengst van deze verkoop ging naar het afbetalen van schulden van de Universiteit van Georgetown in Washington D.C. Deze universiteit is in 1791 door de jezuïeten opgericht en is een van de oudste onderwijsinstituten in de VS.

Nakomelingen

De organisatie The GU272 Project houdt zich bezig met het opsporen van afstammelingen van de 314 slaven die verkocht zijn in 1838. Naar aanleiding van hun onderzoek hebben ze al meer dan 8000 mensen geïdentificeerd die afstammen van de slaven. Deze mensen zijn uitgenodigd om mee te helpen bij de opgravingen. Schablitsky: “dit zijn hun voorouders. Het is belangrijk dat zij hier onderdeel van zijn.”

Bron: American Ancestors, CNN, Smithsonian Magazine.