Een van de schedels in situ in de grotten.
Jerónimo Avilés
Schedels werpen nieuw licht op Amerikaanse migratiegeschiedenis
Archeologen hebben in Mexico een bijzondere ontdekking gedaan. De vondst van vier schedels in een grot op het schiereiland Yucatan zou een aantal bestaande ideeën over de vroegste bewoning van het gebied wel eens op z’n kop kunnen zetten.
Lang werd ervan uitgegaan dat de eerste bewoners van Midden-Amerika een relatief homogene groep vormden. Maar de vondst van de vier tussen de 9000 en 13.000 jaar oude schedels in grotten in de Mexicaanse regio Quintana Roo, lijkt die theorie overhoop te gooien.
Diverse groep
De vier schedels werden gevonden bij verschillende archeologische onderzoeken in de grottenstelsels, tussen 2008 en 2015. Na de vondst werden de schedels uitgebreid onderzocht en wat bleek: de mensen van wie de schedels afkomstig waren, vormden biologisch gezien geen homogene groep, maar hadden biologisch gezien juist hele verschillende herkomsten. Een schedel vertoonde overeenkomsten met bekende vondsten uit Europa, een ander vertoonde overeenkomsten met vondsten uit Noord-Amerika, de derde had overeenkomsten met vondsten die in Azië zijn gedaan en tot slot had de vierde meer kenmerken die teruggevonden zijn in Zuid-Amerikaanse vondsten. Een behoorlijke variatie dus.
Nieuw licht op migratie van ‘de Amerika’s’
Dat schept een nieuw licht op de migratie van mensen naar het Amerikaanse continent. De heersende opvatting was tot nu toe dat de herkomst van de mensen op dat continent een redelijk eenduidig verhaal was, maar deze vondst suggereert het tegendeel. De archeologen reppen dan ook dat we niet meer mogen spreken van de migratie naar ‘de Amerika’s’, maar dat de migratie van mensen naar Noord- en Zuid-Amerika als aparte gebeurtenissen en wellicht zelfs studies moet worden benaderd. Ook geeft de vondst volgens de archeologen aan dat het verhaal van de menselijke migratie waarschijnlijk een stuk genuanceerder is dan vaak wordt aangenomen en dat er nog veel blinde vlekken in de wetenschap zijn.
Het onderzoek is gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift PLOS ONE