Prehistorische massaslachting
Rond de honderd migrerende gazelles werden ongeveer 6.000 jaar geleden in het huidige Syrië bijeen gedreven in een natuurlijke ‘fuik’ en geslacht. Archeologen van de Universiteit van Haifa in Israël hebben de resten van deze dieren gevonden.
Prof. dr. Guy Bar-Oz, dr. Melinda Zeder en dr. Frank Hole, verbonden aan de Universiteit van Haifa, Smithsonian museum te Washington en de Universiteit van Yale, hebben in het tijdschrift Proceedings van de National Academy of Sciences (PNAS), een artikel gepubliceerd over de grootschalige vondst Gazellebotten nabij de stad Hasseke in het ‘Khabur Basin’ in Syrië. De botten dateren uit het vierde millennium voor Christus. Prehistorische jagers joegen complete kuddes Gazella subgutteros gecoördineerd op in de richting van een stenen fuik in de Syrische woestijn. De dieren werden vervolgens gedood.
De rotsformatie werd voor het eerst ontdekt na de Eerste Wereldoorlog. Piloten van de British Royal Air force vlogen, op weg van Cairo naar Bagdad, over de Syrische woestijn en zagen aparte voorwerpen in de uitgestrekte zandvlakten. De rotsformatie heeft de opmerkelijke vorm van een vlieger, wat ervoor zorgde dat de kudde gazelles als ratten in de val liep.
Prof. dr. Guy Bar-Oz van het Zinman Instituut voor Archeologie verbonden aan de Universiteit vertelt dat de resten van rond de 100 dieren zijn gevonden. Het percentage mannetjes en vrouwtjes is ongeveer gelijk. Waarschijnlijk vond de slachtpartij begin zomer plaats. Dat leiden wetenschappers af uit het feit dat zich jonge gazelles onder de groep bevonden.
De reden van de grootschalige slachting kan worden afgeleid uit muurschilderingen die duiden op een slachtingsritueel. Al langer werd vermoed dat de rotsformatie gebruikt werd voor dergelijke doeleinden, maar sluitend bewijs was nog niet voorhanden.
Bron: BBC News