Een team van archeologen geloven overblijfselen gevonden te hebben van soldaten die gestorven zijn tijdens Napoleons gedoemde mars naar Moskou. Zij vonden ruim 350 geraamtes in een begraafplaats die gevonden werd onder een omgekapt bos.

De opgraving werd uitgevoerd in het kader van de aanleg van een nieuwe straat bij de Poolse stad Olecko. Een bos werd gekapt, waarna de verlaten begraafplaats werd gevonden. “Een onderzoek naar de botten van een aantal skeletten toont aan dat het mensen waren die voor een groot gedeelde van hun leven paard hebben gereden,” aldus één van de archeologen.

De archeologen vonden ook veel geraamtes van kinderen. Experts denken dat deze afkomstig waren van het nabijgelegen dorp. Na onderzoek blijkt dat de mensen een slecht dieet hadden en zwaar werk hebben verricht. Ook werden er juwelen, een ijzeren kruis en munten die stammen uit 1710 tot 1842 op de site gevonden. De uniformen van de soldaten zijn niet gevonden. De archeologen denken dat deze indertijd zijn gestolen.

Het leger van Napoleon marcheerde op 23 juni 1812 richting Rusland. Hoewel Napoleon Moskou wist te veroveren, moest hij zijn leger terugtrekken om de controle in Frankrijk te behouden. Het wordt gedacht dat ruim 400.000 troepen hun leven verloren, voornamelijk omdat zij niet voorbereid waren op de temperaturen van de Russische winter. Hun lichamen liggen verspreid over heel Oost-Europa. Dit verlies was het begin van Napoleons ondergang.

Bron: Thenews.pl