In de grot Blombos in Kaapstad zijn twee schelpen gevonden die een primitieve verf bevatten, naast ander schildersgerei. Volgens wetenschappers zijn het overblijfselen van een 100.000 jaar oud atelier.

In de twee ‘zeeoren’, zoals de schelpen heten, vonden ze een mix van oker met geelachtige en roodachtige tinten. Het gereedschap duidt volgens de wetenschappers aan dat de oker geschaafd werd en vervolgens werd gemengd met een getint vloeistof. De verf die dit opleverde was mogelijk bedoeld voor het beschilderen van huid.

Mensen in de steentijd wreven stukjes oker op stenen om er een rood poeder van te maken. Dit werd met houtskool, stukjes steen en botten van dieren gemengd door middel van een tot nog toe onbekende vloeistof. “In de schelpen werd het mengsel vervolgens voorzichtig geroerd,” aldus Cristopher Henshilwood van het Instituut voor Menselijke Evolutie aan de universiteit van Witwatersrand in Johannesburg. “Met vermoedelijk een bot werd de verf vervolgens toegepast.”

Er werden naast de verf en het schildersgerei geen andere vondsten in de grot gedaan. Volgens wetenschappers zou het dan ook niet om een woonplaats gaan, maar om een atelier. De vondst is bijzonder te noemen omdat het aanduidt dat mensen toen al basiskennis van chemie hadden. De vondst is goed bewaard gebleven omdat de werkplaats door de eeuwen heen vol is gewaaid met zand.

Bron: Science