Een orka in de slotgracht
Bij opgravingen in de slotgracht van de ruïne van het kasteel van Brederode in Santpoort hebben archeologen resten gevonden van een orka. Dat schrijft het wetenschappelijk tijdschrift Lutra van de Zoogdiervereniging.
De resten moeten ergens tussen de 14e eeuw en 1573 in de slotgracht terecht zijn gekomen. Waarschijnlijk heeft de Heer van Brederode een gestrande orka naar zijn kasteel laten brengen. Wellicht als trofee, maar het is ook goed mogelijk dat de orka op het menu stond. Het vlees van zeezoogdieren was in de Middeleeuwen een delicatesse.
"Brede roede"
De naam Brederode is afgeleid van "brede roede", waarmee het brede stuk bosgrond werd bedoeld waarop halverwege de dertiende eeuw het stamkasteel van het geslacht werd gebouwd. De heren van Brederode kwamen voort uit het geslacht Van Teylingen, dat weer verwant was (of beweerde te zijn) aan de graven van Holland. Dirk I, de eerste Heer van Brederode, was een zoon van Willem van Teylingen.
De Grote Geus
De heren van Brederode waren betrokken bij de belangrijke gebeurtenissen van hun tijd. Zo nam de tweede Heer van Brederode, Willem I, in 1256 deel aan de West-Friese veldtocht waarbij Willem II, graaf van Holland en roomskoning van het Duitse Rijk, sneuvelde. Willems zoon Dirk II van Brederode vergezelde graaf Floris V toen die in 1288 optrok naar West-Friesland om de dood van zijn vader te wreken. Diens zoon Dirk III raakte betrokken bij de Hoekse en Kabeljauwse twisten. En Jan I van Brederode, kleinzoon van Dirk III, sneuvelde in de slag bij Azincourt. Maar de bekendste Heer van Brederode is Hendrik, bijgenaamd de Grote Geus. Hij was degene die, op 5 april 1566, aan de vooravond van de Tachtigjarige Oorlog, het eerste Smeekschrift der Edelen aanbood aan Margaretha van Parma.
Bronnen: Zoogdiervereniging, Wikipedia