Elke eerste woensdag van de maand vindt er een vragenuurtje plaats in de Mariënburgkapel. Afgelopen woensdag was de vijfde keer. Het Huis van de Nijmeegse Geschiedenis (HNG) heeft deze vragenronde ingelast voor mensen die voorwerpen willen tonen waarvan ze denken dat ze archeologische waarde hebben.

“Mensen komen met van alles langs,” aldus Roel Hoek, de archeoloog die het vragenuur leidt. “Veel aardewerk, maar soms ook dingen uit de oorlog, zoals granaten. Maar die kun je beter laten liggen.”

Gemiddeld komen er zo’n zes mensen per keer langs. De voorwerpen die zij aanleveren worden dan uitvoerig besproken, zoals uit welke tijd het stamt en welk nut het diende. “We willen hiermee de mensen meer betrekken bij het werk van de archeologen,” geeft Fons Leunissen van de HNG aan. 

Van ieder voorwerp dat Hoek onder ogen krijgt, maakt hij een foto en noteert hij de gegevens van de bezoeker. Zo kan hij altijd nog mensen contacteren als hij meer te weten krijgt over een voorwerp, of als een voorwerp niet authentiek blijkt te zijn. 

Volgens Hoek is Nijmegen een rijke vindplaats voor Romeinse zaken en wordt er veel gezocht in het gebied en omstreken. “De Nijmegenaren graven echt overal, het zijn net mollen.”

Mensen kunnen elke eerste woensdag van de maand van 15:00 tot 17:00 uur bij Hoek terecht met hun archeologische voorwerpen.