De negentienjarige archeologiestudent Richard Lensen uit Zaamslag deed afgelopen mei per toeval een belangrijke archeologische ontdekking in de nieuwbouwwijk Othene in Terneuzen. Nadat hij een ogenschijnlijk gewone steen die hij gevonden had voorlegde aan vuursteenexperts op de Universiteit van Leiden, werd geconcludeerd dat het ging om een bijl uit het Mesolithicum (middensteentijd).

Lensen laat niet weten waar hij de bijl precies vond. “We zouden schatgravers op een idee kunnen brengen,” legt de student uit. Volgens de universiteit gaat het om een zogenaamde tranchetbijl uit de periode van 8.800 tot 5.000 voor Christus. Daarmee is het de oudste bijl ooit gevonden in de provincie Zeeland. De bijl werd indertijd gebruikt voor het hakken van takken en het bouwen van hutten.

Volgens Lensen bewijst de vondst niet dat er in de middensteentijd al mensen in Othene woonden. “Vaak vind je dan juist veel resten van vuurstenen,” aldus Lensen. “De bewerkte spullen namen ze mee op hun zoektocht naar voedsel. Maar we stellen vast dat zich mensen in het gebied ophielden. Bij de aanleg van de Rondweg in Zaamslag (tien jaar geleden) zijn ook al resten uit dezelfde periode gevonden.”

Lensen denkt ook dat er een kasteel in het gebied heeft gestaan. Zo vond hij in Zaamslag een hoefijzer van de Hospitaalridders uit de dertiende eeuw. Hij laat weten dat hij ooit hoopt te beantwoorden waarom de Hospitaalridders zich naast de aan hen verwante Tempeliers vestigden.

Vanaf midden december zal de student een expositie houden in het Schelpenmuseum in Zaamslag. Tijdens die expositie wil hij aantonen dat het beeld van ‘wildemannen die elkaar de hersens insloegen in de prehistorie’ inaccuraat is. “Die mensen waren misschien wel slimmer dan wij,” beweert hij. De prehistorische bijl zal tevens te zien zijn tijdens de expositie.

Bron: BN De Stem