Een zware aardbeving trof het stadje Antiochia Hippos in 749. De ravage was zo groot, dat de bewoners wegtrokken en nooit meer terugkeerden. De archeologen die sinds twaalf jaar bezig zijn met opgravingen troffen daarom een onveranderd plaatsje aan. “Een schat aan Hellinistische, Romeinse, Byzantijnse en Umayaddische gebouwen is opgegraven”, aldus de professoren Arthur Segal en Michael Eisenberg.

Het plaatsje lag in het noorden van het huidige Israël en behelst een geschiedenis van duizend jaar: van de tweede eeuw voor christus, tot het moment dat de aardbeving plaatsvond in 749. Van de Romeinse tijd hebben de archeologen een forumcomplex gevonden van 42 bij 42 meter, een basiliek en een gebouw voor de keizerlijke cultus. Ook groeven de archeologen een Griekse begraafplaats op, een Grieks odeon (een klein theater) en uit de Byzantijnse periode twee kerkjes.

Segal en Eisenberg hopen de hele stad uiteindelijk op te graven, waaronder het stratenpatroon, de religieuze en publieke gebouwen en gewone huizen. Dit zou nieuw licht kunnen werpen op de Hellenistische en Romeinse cultuur in het nabije oosten. “De opgravingen zijn pas in een vroeg stadium, en wat we tot dusver al hebben gevonden maakt het al een fascinerende site”, meent Eisenberg.

Bron: Popular Archaeology