De bezuinigingen op kunst en cultuur hebben grote consequenties voor het Rijksmuseum van Oudheden. De Raad voor Cultuur beoordeelde het museum op een aantal vlakken met een onvoldoende in het advies aan de staatssecretaris. Dit heeft grote gevolgen voor de subsidie voor het museum, die haar begroting nu mogelijk met wel zestien procent ziet afnemen.

Het oordeel van de Raad van Cultuur en de bijbehorende subsidiekorting zijn voor de directie en medewerkers van het Rijksmuseum van Oudheden een grote klap. Zij vinden het advies dan ook onbegrijpelijk. De Visitatiecommissie beoordeelde de kwaliteit van het museum vorig jaar nog zeer positief. Ook zijn de bezoekersaantallen in korte tijd verdubbeld en beoordelen bezoekers het museum al jaren met een ruime acht.

Oordeel van de Raad van Cultuur

Het museum wordt door de Raad aangesproken op het feit dat het te weinig ondernemerschap en marketing toont. Dit terwijl het museum het hoogste percentage eigen inkomsten op de begroting heeft van de Leidse Rijksmusea en dat deze inkomsten binnen vier jaar met een miljoen euro zijn gegroeid. Tevens is het oordeel van de Raad dat er geen zicht is op de maatschappelijke positionering van het RMO en dat er geen binding is met de universiteitsstad Leiden.

Op het nieuws is door bezoekers, Leidse studenten en relaties van het museum verbijsterd gereageerd. Uit hun reacties blijkt dat ook zij het absoluut niet eens zijn met de Raad. Zo laten hoogleraren en studenten van de Universiteit Leiden blijken dat er de afgelopen jaren juist aan de intensivering van de samenwerking is gewerkt. Er worden bijvoorbeeld colleges gegeven in het museum aan de hand van de collectie.

Weerlegging van feitelijke onjuistheden

Het RMO had al rekening gehouden met de aangekondigde bezuiniging van vijf procent. Als gevolg van deze beoordeling kan het budget van het museum nu echter met wel zestien procent teruglopen. Het RMO heeft inmiddels de feitelijke onjuistheden en verkeerde aannames in het advies weerlegd in een reactie aan de staatssecretaris Halbe Zijlstra. In de aanloop naar Prinsjesdag 2012 zal duidelijk worden of hij het advies van de Raad overneemt of dat hij er nog wijzigingen in zal doorvoeren.