Blog Mozaïek: Over een bijzondere, Romeinse roman
Schrijver, filosoof en redenaar Apuleius werd rond 125 in het Noord-Afrikaanse Madauros geboren. Hij kwam uit een redelijk welgestelde familie en zijn vader was "de belangrijkste man" van de stad, zo schreef hij later. Hier leerde Apuleius – zijn volledige naam is niet bekend – Latijn dat hij later zo speels zou gebruiken in zijn meest bekende werk: Metamorfosen ofwel De Gouden Ezel. Hierin veranderde de ik-figuur Lucius door zijn nieuwsgierigheid en het onfortuinlijke lot in een ezel. Door Lucius' ezelsogen – hij behield gelukkig wel zijn menselijke verstand – mogen wij de Romeinse wereld van de tweede eeuw meebeleven: de harde werkelijkheid van de slaven, de erotische avontuurtjes van de doortrapte molenaarsvrouw en van liederlijke priesters, het gezapige leventje van een eenvoudig boertje, de gemene streken van een etterbuiltje of het spectaculaire ballet in het theater. Ook hoorde ezel Lucius een dronken oude vrouw het eeuwige sprookje van Amor & Psyche vertellen.Van jongs af aan ben ik gek op sprookjes, mythen en legenden. Afgezien van de inhoud zeggen deze verhalen ook veel over de tijd, de mensen en de ambiance waarin ze ontstonden. Dus ook als wetenschapper moet je je ermee bezighouden. Heerlijk, want ik houd ook van het navertellen van een verhaal en binnenkort ga ik dat op mijn manier doen met de fantastische roman De Gouden Ezel.
De Gouden Ezel leest bijna als een biografie van de Romeinse ezel. Apuleius beschreef het ezelleven in zijn tijd niet met zoete emotionaliteit, maar schetste het harde ezelbestaan met een zekere empathie. Hij laat ons het Romeinse rijk zien, niet door de ogen van de elite, maar door die van een ezel. Maar dat niet alleen: zijn avonturen inspireerden kerkvader Augustinus, humanist Boccaccio, dichter Shakespeare, schrijver Cervantes, beeldhouwer Rodin en vele, vele anderen.
Bij het navertellen van de roman tijdens de studiedag (12 november in Leiden) probeer ik de wereld van de hoofdpersonen vorm te geven door passende, Romeinse beelden te zoeken in ons beeldarchief. Dat is niet moeilijk, want vaak al ter plekke kregen we een aha-erlebnis.
Zoals in het archeologisch museum in Thessaloniki, waar we dit reliëf van de zittende godin Epona (begin vierde eeuw) zagen. Epona beschermde ezels, paarden en hun bastaarden en iedereen die met deze dieren werkte. De kwaliteit van dit reliëf is erg hoog en men vermoedt dan ook, dat het werd vormgegeven door beeldhouwers die werkzaam waren aan het hof van keizer Galerius (r. 305-311) die in Thessaloniki resideerde. Apuleius beschreef hoe men Epona eerde in een Romeinse, Noord-Griekse stal. Daar was een beeldje van de zittende godin geplaatst in een kleine schrijn en versierd met kransen van verse rozen. Ezel Lucius probeerde die rozen, een middel om zijn gewone mensenlichaam weer terug te krijgen, op te eten. Uit alle macht en met gestrekte ezelhals probeerde hij bij de rozen te komen, maar helaas, het noodlot sloeg weer eens toe. Nu in de gedaante van een slaaf – notabene Lucius' eigen slaaf – die de ezelactie als heiligschennis interpreteerde en een enorme knuppel pakte ...... Nee, het lot was ezel Lucius niet gunstig gezind.
Of zoals in het mozaïek museum in Istanbul. Daar zagen we de wraak van ezel Lucius schitterend verbeeld in een zesde-eeuws mozaïek. Uiteraard was deze afbeelding niet bedoeld als illustratie van de roman, maar zij paste prima in een mozaïek met het alledaagse landleven van toen als onderwerp. Wij zagen in dit mozaïekfragment een scène uit het boek verbeeld. Gekoeioneerd, geslagen, getreiterd en uitgescholden moet de hoofdpersoon ezel Lucius alles van de ezeldrijver over zich heen laten komen. Maar het is zo'n gemeen jongetje, zo'n etterbuiltje, dat ezel Lucius hem uiteindelijk met zijn hoeven een akelige trap geeft. Een moment van ezeltriomf! Weliswaar een kort moment, maar toch!
En zoals in het museum van Alexandrië, waar door de ramen ineens de zon fel naar binnen scheen en zo het gezicht van het marmeren Isis-beeld deed oplichten tegen de donkere achtergrond. Ik stelde me voor dat Isis zó was verschenen aan treurige ezel Lucius en tegen hem zei: "Hier ben ik, begaan met je lot". Uiteindelijk redt ze daadwerkelijk ezel Lucius en wordt de jongeman "met vreugde" een vrome volgeling van de godin.
Annet van Wiechen