In de jaren tachtig stonden archeologen voor een groot raadsel. Ze vonden een middeleeuws schip - gebouwd en bedoeld voor de binnenvaart - op de bodem van de Zuiderzee. Wat deed een binnenvaartschip op zee? De passagiers van het schip - dat ook wel kogge genoemd wordt - zorgden voor nog meer raadsels.

Mysterieuze passagiers

‘Er moeten één of meer buitengewoon bijzondere mensen het loodje hebben gelegd op het moment dat het schip ten onder ging,’ vertelt Willem-Jan Hogestijn, stadsarcheoloog in Almere. De bijzondere vondst van een ridderspoor en een houten klepper in een leren buidel vertellen meer over de passagiers. De rijk versierde klepper droeg de afbeelding vanSt. Catharine van Alexandrië, met een zwaard en een wiel. Zij was beschermheilige van de leprozen. ‘De klepper zou gebruikt kunnen zijn door iemand met lepra of lijdend aan een ziekte die daarop leek. Uit de menselijke resten die zijn aangetroffen is afgeleid dat het om iemand ging met vergroeiingen in zijn skelet. Lepra was destijds niet ongebruikelijk in Nederland, mogelijk dat de kruisvaarders de ziekte hebben meegenomen uit het Midden-Oosten.’

Vindplaatsen inrichten

Toen het schip midden jaren '80 was opgegraven, is het verplaatst naar een groot scheepskerkhof in Zeewolde waar meerdere opgegraven schepen zijn herbegraven. Ook al is de kogge niet meer in Almere toch leeft het verhaal over deze vondst voort. De vindplaats is omgedoopt tot Koggepark. Bewoners uit verschillende wijken nemen het initiatief om vindplaatsen in de stad in te richten.

www.dichtbij.nl/
Afbeelding van een kogge op een zegel in de stad Stralsund