Koloniale geschiedenis in Semarang staat op instorten
In de Indonesische havenplaats Semarang op Java ligt een oude VOC vesting, de ‘Kota Lama’. Wandelend door de oude binnenstad passeer je vele gebouwen uit de Nederlandse koloniale tijd. Het erfgoed is bewaard gebleven en als je even je ogen sluit, voel je de prestige die de gebouwen voorheen uitstraalden. Maar de waarheid ligt iets anders: de gebouwen zijn veelal erg verwaarloosd en staan op instorten.
Dimas Suryo (32) baant zich door de straten van Kota Lama en begeleidt een groep toeristen. Namens de organisatie ‘Lopen’ organiseert hij toeristische wandelingen door de zogeheten ‘oude binnenstad’. In 2012 richtte hij met een vriend deze organisatie op, met als doel de inwoners en toeristen in Semarang kennis te laten maken met de rijke koloniale geschiedenis die de stad heeft. Kota Lama is één van die trekpleisters. Maar iets ligt Dimas aan het hart: hij maakt zich zorgen over het behoud van die gebouwen. “Elk jaar storten er gemiddeld twee gebouwen in. Vorig jaar is er zelfs een straatverkoper overleden door een instortende muur.”
Door de wandelingen te organiseren hoopt Dimas meer aandacht te creëren voor de oude binnenstad en zo de overheid wakker te schudden. “Het liefst zouden wij er voor willen zorgen de gebouwen te renoveren, maar dat behoort niet tot onze bevoegdheid. Dat hoort de overheid te doen, maar die schuift het onder de tafel.” Overigens zijn op dit moment de meeste gebouwen in Kota Lama in bezit van private ondernemers, die wel de bevoegdheid hebben het gebouw op te knappen. “Zij weten dat het erfgoed is en willen het niet beschadigen, maar tegelijkertijd hebben ze niet het geld en de kennis om het te renoveren,” aldus Dimas.
Nergens in Indonesië staat zo veel Nederlands erfgoed zo dicht bij elkaar, vertelt Dimas trots aan de toeristen. Er staan 105 gebouwen, verspreid over 34 hectare grond. De welbekende raamluiken, het glas in lood en de art deco stijl zijn nog te bespeuren in de door Nederlandse kolonisten ontworpen gebouwen.
Schitterend in de ochtendzon aan de voormalige Herenstraat, in het hart van de oude stad, staat het oudste gebouw van Kota Lama. 250 jaar geleden kreeg deze koepelkerk de naam ‘Nederlandsch Indische Kerk’, nu heet het Gereja Blenduk (koepel). Het is het lichtpuntje tussen de verwaarloosde gebouwen, want dit evenwichtige bouwwerk is niet lang geleden gerenoveerd in samenwerking met Nederland. “Het is eigenlijk best grappig als je erover nadenkt. Want waarom houden de Nederlanders wel van onze oude binnenstad, en onze eigen overheid niet?” vertelt Dimas.
Er zijn nog meer lichtpunten: de meeste gebouwen zijn namelijk een stuk meer geld waard geworden. En niet te vergeten heeft de gemeente eind vorige eeuw honderd bouwwerken aangewezen tot beschermd monument.
Maar beschermd monument of niet, er zullen renovaties moeten komen. In 1993 werd hier een plan voor opgesteld door de gemeente, maar dat viel in duigen: het geld moest van het bedrijfsleven komen, dat in Indonesië niet erg warmloopt van geld spenderen aan het oude en kleinschalige.
Vanaf de koepelkerk leidt Dimas de toeristen langs het treinstation Tawang, het postkantoor Kantor Pos Besar, een voormalig VOC barak en de sigarettenfabriek PraoeLajar. Het beeld dat achterblijft na de rondleiding heeft twee gezichten. Enerzijds van een zeldzame binnenstad waar onze gedeelde geschiedenis met Indonesië in doorschemert, anderzijds het beeld van desinteresse in monumentenbehoud.
De mensen uit Semarang noemen het oude centrum ‘Little Netherland’. Is men in Semarang dan toch trots op de Nederlandse geschiedenis die Kota Lama bezit? In ieder geval is er nog een lange weg te gaan om het oude centrum te herstellen. Als het zo doorgaat en er gebeurt niets, zullen bijna alle gebouwen over een aantal tientallen jaren zijn verwaarloosd of ingestort.
Deze productie is gemaakt in het kader van het journalistieke trainingsprogramma van Lokaalmondiaal: Beyond Your World. Beyond Your World wordt financieel mede mogelijk gemaakt door het Ministerie van Buitenlandse Zaken en de Europese Commissie.