De noordelijke ingang van het paleis

De noordelijke ingang van het paleis

Egor Myznik via Unsplash.

Het Paleis van Knossos en de Minoïsche beschaving

Maud Feijen

Het paleis van Knossos ligt op het Griekse eiland Kreta en is afkomstig uit de Minoïsche beschaving (ca. 3000-1200 v.Chr.), een voorloper van de oude Grieken. Het paleis werd rond 1950 v.Chr. gebouwd en fungeerde vanaf de zeventiende eeuw v.Chr. als bestuurscentrum van de Minoïsche beschaving. De archeologische vindplaats vergaarde internationale bekendheid na opgravingen tussen 1900 en 1905 door de Britse archeoloog Arthur Evans (1851-1941).

Koning Minos

De precieze herkomst van de Minoïsche beschaving is een punt van discussie onder wetenschappers. Zo bestaan er theorieën dat er jagers-verzamelaars op Kreta woonden, die zich daarna vermengden met kolonisten uit Anatolië. Andere onderzoekers denken daarentegen dat Kreta onbewoond was totdat landbouwers uit het huidige Syrië en Palestina naar het eiland kwamen. Iedereen is het er echter over eens dat deze beschaving, die rond het derde millennium v.Chr. opkwam, zich destijds niet de ‘Minoïsche beschaving’ heeft genoemd. Deze naam heeft Evans pas in de twintigste eeuw aan de beschaving gegeven. Hij dacht namelijk dat het paleis in Knossos het voormalige paleis van koning Minos was geweest. Minos was volgens de Griekse mythes een zoon van de oppergod Zeus en regeerde succesvol over Kreta.

De minotaurus

Een belangrijk onderdeel van deze mythe is de minotaurus, een wezen met het lijf van een man en de kop van een stier. De minotaurus verbleef in een labyrint, en elk jaar stuurde Minos zeven jongens en zeven meisjes uit Athene (waar hij altijd oorlog mee voerde) naar binnen om te worden verslonden door het wezen. In het derde jaar offerde Theseus zich op om vrijwillig het labyrint binnen te gaan, waar hij de minotaurus uiteindelijk wist te doden.

Het is niet verrassend dat de Minoïsche beschaving door de 20e-eeuwse archeologen in verband werd gebracht met de mythe van de minotaurus. In alle Minoïsche paleizen op Kreta is namelijk bewijs gevonden van de verering van stieren, bijvoorbeeld op het fresco van de noordelijke ingang van het paleis van Knossos. Dit zou archeologen hebben doen denken aan de Griekse mythe.


Archeologie Online is van de makers van Archeologie Magazine. Meer weten over dit prachtige magazine? JA GRAAG!


Het stierenreliëf bij de noordingang van het paleis van Knossos

Het stierenreliëf bij de noordingang van het paleis van Knossos

Zde, CC BY-SA 4.0, via Wikimedia Commons.

Minoïsche beschaving

Op Kreta lagen meerdere nederzettingen uit de Minoïsche beschaving, waarvan Knossos de grootste was. Elk van deze nederzettingen had een grote paleisstructuur die fungeerde als het plaatselijke administratieve, handels-, religieuze en politieke centrum. Kleine steden, dorpen en boerderijen lagen vlak bij deze centra, en werden waarschijnlijk vanuit het paleis bestuurd. Historici zijn het er in het algemeen over eens dat de paleizen tot 1700 v.Chr. onafhankelijk van elkaar opereerden, maar daarna onder heerschappij van Knossos kwamen. Dit blijkt volgens onderzoekers onder meer uit architectuur van de gevonden ruïnes: vanaf deze periode gingen de gevonden gebouwen namelijk veel meer op het paleis van Knossos lijken. Ook het feit dat de diverse centra hetzelfde schrift (Lineair A) gingen gebruiken ondersteunt deze theorie.

Minoïsch Kreta, met de belangrijkste paleizen zwart omlijnd

Minoïsch Kreta, met de belangrijkste paleizen zwart omlijnd

Bibi Saint-Pol, CC BY-SA 3.0, via Wikimedia Commons.

Er zijn weinig tot geen forten of beschermende muren uit de Minoïsche beschaving gevonden op Kreta. Dit wijst er volgens onderzoekers op dat de Minoïsche bestuurscentra en onderlinge relaties tussen de paleizen relatief vreedzaam waren. Er zijn echter ook veel wapens gevonden, dus het is goed mogelijk dat er af en toe conflicten ontstonden. 

Cultuur en schrift

Dat de Minoïsche beschaving complex en geavanceerd was, blijkt onder meer uit het schrift. Tussen 2000 en 1700 v.Chr. hebben onderzoekers bewijs gevonden van Minoïsche hiërogliefen, maar kort hierna kwam het Lineair A-schrift op. Dit Minoïsche schrift is het oudst bekende Europese schrift en wordt zo genoemd omdat de tekens in kleitabletten werden gesneden, in tegenstelling tot het spijkerschrift (dat zich ontwikkelde tussen 3300 en 2900 v.Chr.) dat met behulp van wiggen in klei werd gedrukt. Tot op heden is het Lineair A nog niet volledig ontcijferd; dit geldt ook voor de Minoïsche hiërogliefen. Dit komt vooral omdat er maar weinig inscripties van beide schriften zijn gevonden.

Ook de vele kunstuitingen van de Minoërs laten zien hoe geavanceerd de beschaving was. In de overblijfselen van het paleis van Knossos zijn hier vele voorbeelden van gevonden, waaronder fresco’s en aardewerk. Daarnaast staat de Minoïsche beschaving bekend om haar metaalbewerking; zo maakte men destijds op Kreta bijvoorbeeld mooie juwelen die ze vervolgens exporteerden. Deze smeedkunst waserg beroemd in de antieke wereld.

Enkele fresco’s die zijn gevonden in Knossos

Enkele fresco’s die zijn gevonden in Knossos

Olaf Tausch, CC BY 3.0, via Wikimedia Commons.

Minoïsche ring uit de vijftiende eeuw v.Chr.

Minoïsche ring uit de vijftiende eeuw v.Chr.

Zde, CC BY-SA 3.0, via Wikimedia Commons

Ondergang van de Minoïsche beschaving

Net zoals bij de theorieën over de opkomst van de Minoïsche beschaving, bestaat er ook veel discussie over de redenen van de ondergang ervan. De meest waarschijnlijke oorzaak is de opkomst van de Myceense beschaving (ca. 1600-1100 v.Chr.) op het Griekse vasteland. Het lijkt erop dat deze beschaving een verdere ontwikkeling van de Minoïsche beschaving was, met als grootste verschil dat deze mogelijk gewelddadiger was. Verschillende Minoïsche nederzettingen vertonen namelijk tekenen van brand en verwoesting rond 1450 v.Chr., waardoor historici vermoeden dat aardbevingen en vulkanische activiteit een rol hebben gespeeld bij de teloorgang van de Minoërs.

Waarschijnlijk werd de Minoïsche samenleving verzwakt door natuurlijke rampen en onderlinge concurrentie, waar de Myceners van konden profiteren toen ze de macht langzaam overnamen op het eiland. Rond 1200 v.Chr. werden de meeste Minoïsche bestuurscentra verlaten, en pas in de 8e eeuw keerden mensen terug naar Kreta in de vorm van koloniserende Grieken. 

Opgravingen door Arthur Evans

Archeoloog Arthur Evans (1851-1941) kreeg voor het eerst lucht van een mogelijke onbekende beschaving op Kreta door de vondst van zegelstenen die inheemse Kretenzers als amuletten droegen aan het begin van de 20e eeuw. Hij kocht daarop een stuk land op Kreta (waar de vindplaats van Knossos ook lag), en begon daar met opgravingen tussen 1900 en 1905. Hierbij ontdekte hij de bijzondere ruïnes van Knossos, die zijn vermoedens bevestigden en bovendien veel groter waren dan hij had kunnen dromen: inmiddels bestrijkt de archeologische vindplaats maar liefst 22 km2.

Volgens later archeologisch onderzoek startte de bouw van het paleis van Knossos waarschijnlijk rond 1950 v.Chr. Sommige onderzoekers denken dat aardbevingen rond 1700 v.Chr. het paleis dusdanig verwoestten dat er een nieuw paleis bovenop werd gebouwd. Het paleis werd gebouwd rond een centraal plein. Naast koninklijke kamers vonden archeologen enkele pakhuizen, bassins waar water in zat en vier verschillende ingangen. De muren en pillaren waren gekleurd en bevatten veel fresco’s.

Mogelijke reconstructie van het paleis van Knossos

Mogelijke reconstructie van het paleis van Knossos

Mmoyaq, CC BY-SA 3.0, via Wikimedia Commons.

Controversiële restauratie

Een paar weken nadat Evans van start ging met de opgravingen bij het paleis, stuitten hij en zijn collega’s op de overblijfselen van een troon. De troon was stevig bevestigd aan de gepleisterde muren met fresco’s, waardoor hij niet verplaatst kon worden. In eerste instantie werd een tent over de troon geplaatst om deze te beschermen, maar voor een beter artistiek effect liet Evans een paar jaar later een stenen kamer versierd met fresco’s rondom de troon bouwen. Ook de muur waar de troon aan vastzat werd beschilderd. Hij ging er namelijk vanuit dat het beton perfect zou zijn om de ruïne te beschermen tegen het klimaat, nu de overblijfselen niet meer bedekt lagen onder het puin.

De troonzaal bij ontdekking in 1900

De troonzaal bij ontdekking in 1900

Unknown author, Public domain, via Wikimedia Commons.

Huidige reconstructie van de troonkamer

Huidige reconstructie van de troonkamer

Olaf Tausch, CC BY 3.0, via Wikimedia Commons

Archeologen hebben achteraf echter veel kritiek op deze ingrepen geuit. Sommigen denken dat Evans tijdens zijn omvangrijke restauratie details heeft verzonnen die in de oudheid niet bestonden; soms wordt zelfs beargumenteerd dat de restauraties meer zeggen over de art-decostijl van de jaren ’20 dan de architectuur van de Minoïsche beschaving. De laatste jaren proberen wetenschappers het beton dat Evans gebruikte weer te verwijderen met behulp van lasterreiniging.

Bronnen: LiveScience, World History, Britannica: Minos, Britannica: Minotaur, Britannica: Arthur Evans

K. Gere, Knossos and the Prophets of Modernism (Chicago, 2009).


Archeologie Online is van de makers van Archeologie Magazine. Meer weten over dit prachtige magazine? JA GRAAG!


Meer lezen
Tijdvakken
Landen