Vaargeul “Het Scheur” bij Zeeberugge blijkt een fossielenkerkhof
Nederlandse vissers vinden aan de kust bij het Belgische Zeebrugge al 25 jaar lang resten van oerwalvissen en oerwalrussen. Deze vondsten trokken uiteindelijk de aandacht van paleontologen van het Natuur Historisch Museum in Rotterdam (NHM). Ze konden toen nog niet vermoeden hoe bijzonder de vondsten waren.
Geologisch archeologisch project
Vanaf 2015 ging het NHM zelf op zoek naar extra fossiel materiaal. Sinds juli 2017 werkt het museum samen met het Vlaams Instituut voor de Zee. Door het geologisch archeologisch project SeArch kwamen deze instanties met elkaar in contact.
Pleistocene kolonie walrussen
Uit het vondstmateriaal is gebleken dat er tijdens de laatste ijstijd een heuse kolonie walrussen in de Noordzee leefde. Het gaat om de zuidelijkste Pleistocene kolonie walrussen ter wereld. De botresten zijn van mannetjes en wijfjes, zowel volwassene als jonge dieren. Het vondstmateriaal wordt gedateerd op ongeveer 45.000 jaar oud.
Oudste verwanten van de moderne walvis
Sinds 1996 zijn in hetzelfde gebied al minstens tien wervels van oerwalvissen gevonden. Er zijn slechts drie andere vindplaatsen rond de Noordzee bekend waar ooit resten van dit oerdier zijn gevonden. Omdat de gevonden wervels ongewoon groot zijn, gaat het mogelijk zelfs om een nieuw soort behorende tot de familie Protocetidae, de oudste verwanten van de moderne walvis.
Dierenrijk in de laatste IJstijd
De opeenvolging van bodemlagen van verschillende periodes die dicht aan de oppervlakte van de zeebodem liggen, maakt Het Scheur voor Zeebrugge tot een unieke site. Er zijn ook botfragmenten van een wild paard, oeros of steppewisent en van een ree gevonden. Al die vondsten bij elkaar geven een beeld van het dierenrijk in onze contreien tijdens de laatste IJstijd. Er komt een vervolgonderzoek naar het begraven verleden van de Noordzeekust bij Zeebrugge.
http://vliz.be/nl/2017-08-17-uniek-fossielenkerkhof-ontdekt-voor-Belgische-kust