Taalkundig patroon gevonden in het Voynich manuscript
Marcelo Montemurro, onderzoeker bij de Universiteit van Manchester, denkt een patroon te hebben gevonden in het Voynich manuscript. Hiermee wil hij aantonen dat het manuscript ontcijferd kan worden. Het manuscript is een van de grootste taalkundige mysteries in een onbekende taal.
Voynich manuscript
Het Voynich manuscript kwam in 1912 in handen van Wilfrid M. Voynich, naar wie het vervolgens is vernoemd. Het werk bestaat uit 234 pagina’s met teksten en tekeningen van biologische en astronomische onderwerpen. Na enig onderzoek is duidelijk geworden dat het boek dateert uit de vijftiende eeuw, maar de betekenis van de tekst bleef onduidelijk. Montemurro is de zoveelste onderzoeker in honderd jaar tijd die het Voynich manuscript probeert te ontcijferen.
Terugkerende patronen
Montemurro heeft samen met een collega het schrift geprobeerd te ontcijferen door middel van computergestuurd onderzoek dat al eerder is toegepast om talen te analyseren. Dit onderzoek richt zich op het vinden van terugkerende patronen in de tekst. Montemurro inmiddels denkt een vast patroon te hebben gevonden in de tekst. Volgens de onderzoekers zou dit erop wijzen dat de letters niet zomaar willekeurig geplaatst zijn, maar daadwerkelijk woorden en zinnen vormen. Hij is van mening dat de tekst is geschreven in een zelfverzonnen taal of een gecodeerde taal en zal zijn onderzoek voortzetten tot hij het heeft ontcijferd.
Gebrabbel in een niet-bestaande taal
Volgens andere onderzoekers, waaronder Gordon Rugg, is het manuscript geschreven in een niet-bestaande taal om mensen te misleiden. Als onderzoeker heeft ook Rugg het manuscript geanalyseerd. Zijn bevinding: “It’s a gibberish hoax text”. Oftewel: het is gebrabbel om mensen in de maling te nemen.
Om aan te tonen dat het geen lastige opgave is om een tekst te verzinnen, schreef hij een tekst in een zelfverzonnen taal/code. Dit schrift leek erg op de tekst in het Voynich manuscript en bevatte geen boodschap, verhaal of daadwerkelijke woorden.
Codebrekers uit de Tweede Wereldoorlog
Al honderd jaar wordt er door onderzoekers veel tijd gespendeerd aan het ontcijferen van het schrift. Toen zelfs codebrekers uit de Tweede Wereldoorlog en professionele cryptografen en taalkundigen het schrift niet konden kraken, werd het voor veel mensen duidelijk dat het schrift niet ontcijferd kon worden en dus inderdaad “gebrabbel” moest zijn. Hierdoor kijken veel onderzoekers sceptisch tegen de bevindingen van Montemurro aan.
Bron: BBC