Nicotine roken, dat deden de Maya’s meer dan duizend jaar geleden al. Onderzoekers hebben nu het oudste bewijs gevonden voor het gebruik van tabak in de Maya cultuur. Op de gevonden dertienhonderd jaar oude fles staat: ‘y-otoot’umay’, te vertalen als: ‘dit is het huis van zijn of haar tabak’.

Onderzoekers hebben middels enkele scheikundige technieken bevestigd dat er nicotine in de Maya fles heeft gezeten. Dergelijke scheikundige methodes zijn ingewikkeld en lastig toe te passen. Daarom bestempelt biochemist Dmitri Zagorevski de vondst als een doorbraak in het scheikundig-archeologisch onderzoek.

Dat Maya’s vroeger tabak rookten, was al bekend. Veel gevonden afbeeldingen en teksten uit de Maya cultuur  duiden daar op. Spanjaarden, die in de zestiende eeuw in Midden-Amerika aan wal kwamen, berichtten dan ook over sigaarrokende Maya’s. Dankzij de vondst weet men nu dat de Maya’s al rond het jaar 700 tabak rookten, met daarin nicotine als werkzame stof.

Archeoloog Jennifer Loughmiller-Newman stelt echter dat het niet zeker is dat het tabak in deze fles gebruikt werd om te roken. “Daar is het wel erg klein voor”, zei ze. “Ik gok dat het gebruikt is om insectbeten te behandelen, slangen af te weren, of misschien om op te snuiven.”

De Maya’s gebruikten tabak voor het afweren van slangen, omdat het een branderig effect heeft op slangenhuid. Geïnfecteerde insectenbeten vol larven werden ook soms behandeld met tabak. De larven zouden door het nicotine stikken. Snuiven van tabak kwam ook voor, dat had namelijk een hallucinerend effect. ”Dit was een zeer sterke tabaksoort, veel sterker dan die van vandaag”, zegt Loughmiller-Newman.

Bron: Cosmic Log MSNBC