Etruskische krijgerprins blijkt prinses te zijn
In september jl. deden archeologen een prachtvondst in Toscane: een afgesloten tombe die in een stenen muur was gezet. Het team opende de grafkist en vonden de 2.600 jaar oude overblijfselen van een Etruskische prins. In zijn hand hield hij een lans en naast hem lagen de assen van zijn vrouw. Althans, dat vermoedden de archeologen. De prins blijkt namelijk een prinses te zijn.
Dit opmerkelijke feit kwam aan het licht door een botanalyse. Dat maakte Judith Weingarten, afgestudeerd in Klassieke Archeologie aan de Universiteit van Oxford, bekend op haar blog. De Etruskische cultuur ontstond ca. 900 voor Christus en is populair onder veel archeologen en historici, omdat de bevolkingsgroep geen historische documenten achter heeft gelaten. Tombes uit deze periode bieden dan ook een potentiële schat aan informatie.
De graftombe werd gevonden in de Etruskische necropolis van de Italiaanse stad Tarquinia. De ondergrondse kamer waarin de vondst werd gedaan wordt gedateerd op de 6e eeuw voor Christus. In de tombe vonden de archeologen een platform met daarop een skelet en een lans, en een tweede platform met daarop een gedeeltelijk verbrand skelet. Ook lagen er juwelen en een bronsvergulde kist in de tombe.
Krijgerprinses
De lans van het intacte skelet deed de archeologen vermoeden dat het een mannelijke krijger betrof, mogelijk een Etruskische prins. De juwelen suggereerden dat het tweede skelet een vrouw was, mogelijk die van de prins. Maar na analyse van de botten blijkt dat het skelet met de lans een 35 tot 40 jaar oude vrouw was, en dat het verbrande skelet toebehoorde aan een man.
“De speer was zeer waarschijnlijk een symbool van verbintenis tussen de twee overledenen,” aldus Alessandro Mandolesi, de archeoloog die de site heeft opgegraven. Echter, Weingarten vermoedt dat de lans geen symbool is, maar simpelweg aanduidt dat het een vrouw van status was. De lans lag immers ‘naast haar, niet naast hem’.
Vooroordelen
De verwarring ontstaat uit zowel moderne als klassieke vooroordelen die onvermijdelijk meegenomen worden in het achterhalen van de betekenis van dergelijke vondsten. In de Etruskische cultuur genoten vrouwen namelijk van veel vrijheid, zo blijkt uit bronnen van de Griekse historicus Theopompus. Weingarten benadrukt dan ook dat archeologen geen conclusies moeten maken voordat er gedegen analyse is gedaan op de vondsten.
“Het bepalen van het geslacht werd tot zeer kort geleden, en helaas nog steeds in sommige landen, gebaseerd op grafgiften,” aldus Weingarten. “En dat is vrijwel geheel gebaseerd op onze vooroordelen. Een goed voorbeeld is een juweel: we brengen juwelen in verband met vrouwen, maar in het overgrote deel van de klassieke wereld is dat onzin. Mannen hielden ook van bling.”