Chinese politie doet inval bij grote illegale relikwieënhandel
De politie in de Chinese provincie Hubei heeft een reeks smokkelarijen stopgezet. Daarbij haalde de politie ruim 190 historische objecten van de zwarte markt af. De gestolen voorwerpen werden door bendeleden vanuit Hubei naar illegale handelaren en verzamelaars over het hele land verzonden.
De twee meest waardevolle voorwerpen waren bronswaren die dateren uit de Periode van Lente en Herfst (722 - 481 voor Christus) en de Westelijke Han-dynastie (206 voor Christus - 8 na Christus). Acht van de voorwerpen vallen bovendien onder de Chinese klasse-1 beschermingswet voor historische voorwerpen.
Eén van de bronzen voorwerpen, een driepotige pot, was gestolen van het Yejiashan kerkhof in de stad Suizhou. De pot werd eerder aangeduid als één van de top tien archeologische vondsten in China van het afgelopen jaar. Het kerkhof kende verschillende tombes die niet uitgebreid zijn uitgegraven, waardoor tombejagers veel artefacten van de locatie hadden gestolen.
De politie heeft drie leiders en twintig medeplichtigen van de triade opgepakt. Zij worden beschuldigd van onder meer tombe- en relikwieëndiefstal en smokkelen. Een vertegenwoordiger van de politie benadrukt dat deze situatie duidelijk maakt hoe diepgeworteld de illegale objectenhandel in China is, gezien het feit dat de politie de triadeleden in negen provincies heeft opgespoord.
Volgens archeoloog Huang Fengchuan zijn er talloze illegale opgravingen in Suizhou omdat de stadsprefectuur een rijke culturele geschiedenis kent. Een collega van Huang noemt het vak zelfs levensbedreigend, omdat collega’s van hem in 2010 eens zijn aangevallen door tombejagers. Extra bescherming tijdens opgravingen is volgens Huang noodzakelijk, maar daar is lang niet altijd genoeg geld voor.
Bron: Global Times
Beeld: Calton via Wikipedia