Spinsteentjes en spinschijven

Vondsten uit het IJsselmeer

Bij opgravingen worden er geregeld spinsteentjes, spinschijven of spinloden gevonden.
Ook uit het IJsselmeer spoelen deze voorwerpen aan. Ze werden al in de prehistorie gebruikt. Men gebruikte ze om wol te spinnen.

Spinnen

Door het gat in de spinsteen werd een stok gestoken. Deze bleef zitten doordat het gat conisch is of de stok een verdikking heeft. Uit een pluk wol werd een draadje gedraaid en dit werd aan de spintol bevestigd. Door het gewicht van de spinsteen bleef de spintol een tijdje draaien als deze in beweging werd gebracht. De spinsteen werkt als een vliegwiel. Zo kun je de wol verder spinnen. Als de draad te lang werd draaide je de draad om de spintol.
Vanaf de 16e en 17e eeuw kwamen de spinnenwielen in gebruik en ging het spinnen van wol een stuk sneller.

Spinstenen, spinschijven, spinloden

Spinstenen zijn gemaakt van aardewerk. Ze lijken op een grote kraal en kunnen versierd zijn met lijnen. De latere spinstenen hebben vaak een loodglazuur.
Spinschijven zijn plat en gemaakt van been of aardewerk. Ook deze kunnen versierd zijn, soms met cirkelmotieven.
Spinloden, de naam zegt het al: deze zijn van lood. Ze zijn vaak mooi versierd.

Onze vondsten

Twee spinsteentjes van kogelpotaardewerk en onversierd. Ze zijn van ongeveer 13e 14e eeuw.

Een spinsteentje van grijs aardewerk versierd met lijnen.

Deze spinsteen komt uit de IJzertijd. Het is van grijs aardewerk en heeft een conische vorm met een holle onderkant.



We hebben ook een benen schijf gevonden die waarschijnlijk een spinschijf is. Deze is onversierd en heeft een doorsnede van 3,8 cm.

En we hebben nog twee schijfjes van kogelpotaardewerk gevonden. Waarschijnlijk zijn het scherven die hergebruikt zijn als spinschijf door er een gat in te boren. Deze hebben een doorsnede van 2,7 en 3,3 cm.

Meer lezen