Een dierbare haarlok
Iedereen kent het gouden masker van Toetanchamon en iedereen kent de Grote Piramide van Cheops. Het zijn stuk voor stuk iconen, maar wat veel mensen niet weten is dat het Egypte van de farao's nog eindeloos veel meer heeft te bieden. Zoals, bijvoorbeeld, een haarlok.
Hij leefde een slordige 3.300 jaar geleden en het is alweer bijna 93 jaar geleden dat zijn graftombe werd ontdekt, desalniettemin is Toetanchamon momenteel weer volop in het nieuws. Archeoloog Nicholas Reeves van de universiteit van Arizona, denkt dat het graf van de beroemde kindkoning twee heuse geheime kamers bevat. Daarnaast wordt zijn beroemde dodenmasker, dat vorig jaar beschadigd raakte en vervolgens amateuristisch werd gerepareerd met hobbylijm, momenteel gerestaureerd.
Chefsache
Men gaat, wat die restauratie betreft, niet over een nacht ijs, getuige een bericht in de Egyptische staatskrant Al-Ahram. Er is een expert op het gebied van metaalrestauratie overgevlogen vanuit Duitsland en een op maat gemaakte mal van schuinrubber gefabriceerd. In de zaal waar de operatie geschiedt zijn 24 uur per dag agenten aanwezig en de verantwoordelijke minister heeft er zelfs een chefsache van gemaakt. Niets lijkt aan het toeval te worden overgelaten – en dat mag ook wel, want Toetanchamons befaamde masker is een kunstwerk van het niveau Nachtwacht en Mona Lisa. Wie echter denkt dat zijn graf alleen dat ene enkele masker bevatte, die heeft het mis. De eminente egyptoloog T.G. Henry James spreekt, in zijn boek De Grote Farao's, over een schat “verheven boven alle schatten” en van een grafinhoud “oneindig in zijn vermogen ons te onderwijzen, te verrassen en te boeien”. Beelden, juwelen, tronen, wapens, vazen, kisten en een massief gouden sarcofaag van liefst 110 kilo, maar ook, in groot contrast met al die gouden pracht en praal, een klein bundeltje met, geloof het of niet, haren.
Aandenken aan oma
In de zogeheten 'schatkamer', een ruimte aan het voeteneind van de grafkamer, vonden Carter (die het graf van Toetanchamon in 1922 ontdekte) en zijn team een zwartgeschilderd miniatuursarcofaagje met gouden banden. In dat kistje vond men een tweede, geheel vergulde, sarcofaag en in die tweede vond men, behalve een bundel linnen met daarin een massief gouden koningskettinkje, een derde. Alsof het een set Russische matroesjka's betrof, maar dan op z'n oud-Egyptisch, bevatte het derde kistje een vierde en in die vierde, slechts 12,5 centimeter hoog, zat geen goud, geen edelsteen of zilver, maar een kleine lok kastanjebruin haar. Óp het kistje staat een inscriptie en te lezen daarin is de naam van Teje, echtgenote van farao Amenhotep III en oma van, inderdaad, Toetanchamon. Archeoloog Nicholas Reeves, die van de recente opgravingen, spreekt, in zijn encyclopedische standaardwerk over Toetanchamon, van een “misschien dierbare herinnering aan een zeer geliefde grootmoeder”. Niets menselijks was, klaarblijkelijk, ook een farao vreemd.
Powervrouw
Zo onbeduidend als de jonggestorven Toetanchamon in wezen was, zo kolossaal was Amenhotep III, zijn grootvader. Hij wordt gezien als een van de belangrijkste en machtigste farao's en onder zijn heerschappij ging het Egypte ronduit voor de wind. “Vier decennia voorspoed”, aldus egyptologe Joann Fletcher in haar biografie van de koning, “een gouden eeuw onder een gouden koning”. Reeds als kind trouwde hij met Teje, een meisje van relatief eenvoudige komaf, en in de ruim dertig jaar die Amenhotep uiteindelijk op de troon zat bekleedde zij vervolgens een sleutelpositie. Ze had grote macht en invloed, werd in één adem genoemd met de koning zelf en correspondeerde, onder haar eigen naam, met buitenlandse hoogwaardigheidsbekleders. Haar broer had een topfunctie in de grote Amontempel van Karnak en haar ouders, Joeja en Toeja, werden door manlief Amenhotep beloond met misschien wel de aller-, allerhoogste eer.
Terug bij het masker
Het tot de verbeelding sprekende Dal der Koningen, alwaar Egypte tussen 1500 en 1100 v.Chr. haar farao's ter aarde bestelde, was, zoals de naam al doet vermoeden, een begraafplaats voor koningen. In een zeer beperkt aantal gevallen echter werden er ook mensen begraven die de troon van Egypte níét hadden bekleed. Een van die tombes, nummer KV46, is van Joeja en Toeja. De schoonouders van Amenhotep III werden bijgezet in de heilige grond van het Koninklijk Dal en op 5 februari 1905 werd hun tombe teruggevonden. Grafrovers hadden er, reeds in de oudheid, meermalen toegeslagen, maar desalniettemin was een substantieel deel van de grafinventaris nog aanwezig. Twee uitmuntend gebalsemde mummies, sarcofagen, een strijdwagen, meubelen en, waarmee we weer terug zijn bij het begin, een verguld dodenmasker (eentje dat, anders dan in Toetanchamons geval, overigens geen beschadigingsgevoelig baardje heeft). Haarlokken echter werden er niet gevonden, maar u ziet: er is meer dan het goud van 'Toet' alleen.
______________________________________________________________
* Howard Carter en de sarcofaag van Toetanchamon
* T.G.H. James, De Grote Farao's, Zuid Boekproducties b.v., 2005
* Nicholas Reeves, Toetanchamon, J.H. Gottmer/H.J.W. Becht, 1991
* Joann Fletcher, Zonnekoning van Egypte, ICOB b.v., 2000