Het knielbeeld van Tjairy in het Rijksmuseum van Oudheden.
Rijksmuseum van Oudheden
Op zoek naar het graf van Tjairy
Het kan zo maar voorkomen dat een voorwerp zich jaren in een museum bevindt en opeens in een ander daglicht komt te staan. Zoiets gebeurde onlangs met het beeld van een man uit het oude Egypte, genaamd Tjairy, in de collectie van het Rijksmuseum van Oudheden. Dankzij recente bevindingen van egyptoloog Jacobus van Dijk weten we nu meer over deze man en waar het beeld oorspronkelijk vandaan komt.
Tekst: Daniel Soliman, conservator collectie Egypte, Rijksmuseum van Oudheden
Tjairy was een hoogwaardigheidsbekleder die het begin van een nieuwe koningsdynastie meemaakte. Hij diende onder Setnacht (ca. 1190-1188 v. Chr.) en Ramses III (ca. 1187-1157 v. Chr.), de eerste twee farao’s van de 20e dynastie. Over zijn leven is niet veel bekend. Wel is duidelijk dat zijn naam niet Egyptisch is. ‘Tjairy’ lijkt de Egyptische spelling van een semitische of Hurritische naam te zijn. Het is daarom mogelijk dat hijzelf of zijn voorouders uit het Nabije Oosten kwamen. Dat vermoeden wordt versterkt door inscripties die aantonen dat Tjairy een bijnaam had: Ramses-nacht, hetgeen ‘Sterke Ramses’ betekent. Tijdens het Nieuwe Rijk (ca. 1539-1077 v. Chr.) kregen belangrijke ambtenaren met een buitenlandse achtergrond wel vaker een Egyptische bijnaam. Het was niet ongebruikelijk om daarin dan de naam van de regerende koning te verwerken, net zoals het geval is bij Tjairy.
We weten daarnaast uit inscripties dat Tjairy de titel opzichter van de privévertrekken in de harem in (de stad) Memphis droeg. Als zodanig bestuurde hij een groot complex, waarschijnlijk een deel van het koninklijke paleis in Memphis, waar de koninklijke bijvrouwen en hun kinderen woonden. Het complex zal ook landerijen en grote opslagplaatsen gehad hebben en vervulde daarmee een belangrijke economische functie. De vrouwen zaten zeker niet opgesloten in de harem van Memphis en reisden dikwijls naar andere haremgebouwen in Egypte. Veel koninklijke bijvrouwen waren Egyptisch, maar de farao was ook met de dochters van koningen uit het Nabije Oosten getrouwd. Als onderdeel van internationale diplomatiek was de Egyptische koning bijvoorbeeld gehuwd met prinsessen uit het Hettitische en het Mitannische rijk. Misschien maakte Tjairy´s eigen buitenlandse afkomst zijn positie in de harem extra werkbaar.
Tjairy’s knielbeeld
Het beeld van Tjairy in het Rijksmuseum van Oudheden is ongeveer 126 cm hoog. Het is gehouwen uit kalksteen en was oorspronkelijk deels beschilderd. Het ronde gezicht is typerend voor de beeldhouwstijl van de periode. De sculptuur toont een geïdealiseerd beeld van Tjairy in zijn mooiste kleding. Hij heeft een lang, linnen gewaad aan, met fijne plooien in de schort en de opstaande mouwen. Tjairy draagt een pruik die uit twee lagen bestaat en zijn oren gedeeltelijk bedekken. Aan zijn voeten draagt hij chique sandalen. Hij knielt achter een kleine, rechthoekige schrijn die hij met beide handen vasthoudt. Daarin is het symbool van de godin Hathor afgebeeld. Dit embleem heeft de vorm van een sistrum, een percussie-instrument dat bij religieuze ceremoniën werd gebruikt. Aan de steel van het instrument is het hoofd van Hathor te zien als godin met koeienoren.