In Jerusalem worden stenen portretten van de dood ten toon gesteld. In het Israel Museum worden de twaalf Neolithische maskers, de oudste die ooit gevonden zijn, voor het eerst getoond aan het publiek.

Ceremoniële maskers

De curatoren van het museum zijn maar liefst tien jaar bezig geweest met het onderzoeken van de maskers. Zij ontdekten dat de portretten van de doden 9.000 jaar geleden uit kalksteen werden gehakt. Na het analyseren van het type steen werd de conclusie getrokken dat deze afkomstig zijn uit bergen in de buurt van de woestijn van Judea in Israel.

Op de maskers stonden geen levende personen afgebeeld, maar geesten. Deze waren waarschijnlijk onderdeel van een religie uit de Steentijd en gaven de gezichten van voorvaderen weer. De maskers, die elk één tot twee kilo wegen, waren beschilderd en werden waarschijnlijk gebruikt tijdens rituelen waarbij de doden werden geëerd

Glimp van de Steentijd

De twaalf Neolithische maskers hebben lachende gezichten met zichtbare tanden en grote ogen. Alle maskers zijn echter uniek, zo zijn er zowel oude als jonge gezichten afgebeeld. Ook het formaat verschilt en één masker toont vergelijkingen met een menselijke schedel. Een aantal van de maskers heeft gaten aan de rand, alsof deze gedragen en opgehangen werden.

Volgens James Snyder, de directeur van het museum, geven de maskers ons een glimp van de manier waarop de mensen uit de Steentijd zich bezighielden met vragen over het bestaan. 

Bron: Discovery.com