Een 'aparte' stage
Donderdag 6 september, 20.50 u. In het laatste avondlicht is het steentijdhuis een plaatje. Door het roze licht en de mist die van het naastgelegen meertje opkomt lijkt het er al jaren te staan. Duidelijke tekenen van de moderne tijd, zoals het kort afgemaaide onkruid, vallen niet meer op. Terwijl de camera de laatste shots maakt genieten we van dit tafereel.
Wat hebben we hard gewerkt! Gedurende twee volle weken maakten de studenten en begeleiders regelmatig dagen van 10 tot 12 uur of meer. In het begin ging het langzaam, maar toen alle materialen eenmaal ter plekke waren, schoot de bouw mooi op. En op deze zonnige septemberdag lag eindelijk de nok op het dak en waren de muren dicht.
Wat is nu het resultaat? Nou ja, er staat een steentijdhuis in het Horsterwold, maar dat is niet het belangrijkste. We zijn vooral allemaal wat wijzer geworden. De studenten hebben naar eigen zeggen veel geleerd van deze aparte stage. Bij doorvragen komt vooral naar voren dat ze naar hun gevoel een beter beeld gekregen hebben van wat prehistorische werktuigen kunnen en wat de bouw van een huis als dit betekende in het neolithicum. Ons als begeleiders viel het op hoe snel de studenten het ‘handwerk’ leerden. Tijdens de eerste werkdagen in mei werd er veel ‘geaaid’ met de bijlen en moesten sommigen even een drempel over om de handen echt uit de mouwen te steken. Maar dat zagen we tijdens de laatste dagen niet meer terug. Bomen vielen bij bosjes en zwaar, viezig werk werd zonder morren aangepakt, zoals het uithakken van halfgedroogde klei uit de oever en het trappen van die klei met water en stro voor de muren en de nok.
Voor de ervaren bouwers, die dergelijke constructies al vaker hadden neergezet, was het allemaal toch net even anders om te bouwen met werktuigen van steen, been en gewei. Zo bleek het uiterst belangrijk het hout direct de definitieve vorm te geven. Aanpassen van verbindingen of een uitstekend stukje even inkorten bleek lastig of zelfs onmogelijk als het hout eenmaal in de constructie was opgenomen. Een motorzaag is dan toch wel bijzonder handig! Niet dat er geklaagd werd over de steentijdwerktuigen: iedereen was aangenaam verrast over hun effectiviteit. We ontdekten zelfs een paar trucjes die je alleen met dit soort gereedschap kunt doen. Dan is de verleiding groot om te denken: ‘dit hebben ze vroeger vast ook zo gedaan!’
Voor de maker van de werktuigen was het ook een leerzaam project. Je krijgt niet vaak de kans om zoveel zwaar werk te doen met replicawerktuigen. Het was opvallend hoe diep de bijlklingen in de stelen geslagen werden tijdens het werk terwijl ze in eerste instantie toch prima leken te passen. Eén bijl van vuursteen brak hierdoor. Een andere les was dat bijlen van taaie steensoorten zoals basalt en kwartsiet veel duurzamer en effectiever waren die van de breekbare, glasachtige vuursteen. Dat was ook wel de verwachting, maar het verschil was erg groot.
Wat de wetenschap betreft: de belangrijkste lessen van de bouw zijn nog verborgen in de stapels dagrapporten en formulieren en de vele duizenden foto’s. Het verwerken van al die informatie zal nog wel even duren. Het uitwerken van de documentatie van de eerste vier werkdagen in mei kostten zes weken noeste arbeid. Maar als dat eenmaal gebeurd is, hebben we een schat aan informatie over allerlei aspecten van de bouw van een dergelijk huis. Maar ja, eigenlijk betekent één experiment natuurlijk nog helemaal niets, pas door herhaling worden de gegevens echt betrouwbaar….Wie heeft er nog een kaveltje vrij voor een mooi steentijdhuis?