Grote Piramide, klein beeldje
Iedereen kent het gouden masker van Toetanchamon en iedereen kent de Grote Piramide van Cheops. Het zijn stuk voor stuk iconen, maar wat veel mensen niet weten is dat het Egypte van de farao's nog eindeloos veel meer heeft te bieden. Deze maand: waar een groot man klein in kan zijn.
De piramide van farao Cheops heeft haar bijnaam "Grote Piramide" bepaald niet voor niets gekregen. Het enorme monument heeft een basislengte van 230,33 meter (wat een omtrek van bijna een kilometer betekent!) en was oorspronkelijk 146,6 meter hoog. Haar steenblokken, 2.300.000 stuks en met een gewicht van gemiddeld 2,5 ton, zijn opgestapeld in maar liefst 210 lagen en de nauwkeurigheid van de uitvoering grenst aan het onmogelijke. De Koningskamer, het granieten hart van de piramide, meet –afgerond- 10 bij 5 bij 6 meter en heeft een plafond met stenen platen die per stuk enkele tientallen tonnen wegen.
Indrukwekkende bouwwerken en standbeelden
Het zijn cijfers die enerzijds gigantisch zijn, maar anderzijds eigenlijk prima in het grotere Egyptische plaatje passen. De beschaving zelf heeft een slordige 3.000 jaar bestaan en haar belangrijkste tempelcomplex, dat van Karnak, heeft een oppervlak van ruim 100 hectare. De belangrijkste zuilenzaal aldaar telt 134 zogeheten papyruszuilen en even verderop, een stukje rechtdoor, staat een obelisk van maar liefst 29,5 meter hoog. Qua grootte minder indrukwekkend, maar in frequentie misschien nog wel meer, zijn daarnaast de vele standbeelden die uit het oude Egypte zijn overgeleverd. Van particulieren, maar, uiteraard, vooral van de farao's. Amenhotep III, Horemheb, Sesostris III, Ramses II – de een nog meer dan de ander en van die laatste zelfs 4 stuks (behorend bij een in de rotsen uitgehouwen tempel) van ieder 20 meter hoog.
Één beeld van farao Cheops
Het ligt voor de hand, gezien de ongeëvenaarde afmetingen van zijn piramide en die faraonische gewoonte om beelden van de vorst te fabriceren, te denken dat ook van Cheops wel het een en ander aan beeldhouwkunst is teruggevonden – zeker ook omdat de bouwers van de twee andere piramides van Gizeh, Chephren en Mycerinos, zich ook hebben laten vereeuwigen in het steen. Wie echter vol verwachting op zoek gaat naar een soortgelijke collectie standbeelden van dé grote piramidekoning, in musea of in boeken, komt ronduit bedrogen uit. Van Cheops is er namelijk welgeteld maar één enkel exemplaar bekend met, zoals dat dan heet, "duidelijke schriftelijke toewijzing". Er zijn daarnaast nog wel twee andere beelden waarvan men dénkt dat ze Cheops voorstellen, maar die zijn beide geheel inscriptieloos – de toewijzing is puur gebaseerd op stilistische gronden.
Minuscuul beeldje van Cheops
Het ene enige beeld waar de naam van de bouwer van de Grote Piramide wél opstaat, en die dus wél "officieel" van Cheops is, bevindt zich in het Egyptisch Museum te Caïro en is, vergeleken bij de meters afmetingen die we soms bij andere farao's zien, niet groot. Wat heet: het is een klein, heel klein, om niet te zeggen minuscuul klein beeldje. Slechts 7,5 centimeter hoog (een gemiddelde wijsvinger), een schamele 2,5 centimeter breed en nog geen 3 centimeter diep. Voor een farao die wijd en zijd bekend staat als de bouwer van een kolossale berg door mensenhanden opgestapelde stenen (een der Zeven Wereldwonderen) een enorm contrast van 180 gradencontrast. Het gezicht van de koning is op het beeldje slechts één centimeter groot, één centimeter, en over dat kopje-op-kiezelsteenformaat bestaat een leuke anekdote. Toen het namelijk gevonden werd, in 1903 bij de tempel van de god Osiris in het midden-Egyptische Abydos, waren het hoofdje en de rest van het kleinood van elkaar gescheiden. Flinders Petrie echter, de archeoloog die de ontdekking deed, zag op het "onderstuk" de naam van Cheops staan, besefte meteen dat hij iets heel belangrijks en unieks in handen had en zette daarop een zoektocht naar het ontbrekende kopje in gang. Geen gemakkelijke klus, zo'n formaatje grote knikker terugvinden tussen bergen zand, stenen en puin, maar het is hem uiteindelijk gelukt!
Klein, maar fijn
Het beeldje is gemaakt van ivoor en stelt de farao voor al zittend op een eenvoudige troon. Zijn voeten zijn afgebroken, evenals het bovenste partje van zijn kroon, en hij draagt een kort zogeheten koningsschort. In zijn rechterhand heeft hij een scepter vast, de linker rust op zijn linkerknie, en direct naast zijn rechterbeen, aan de voorzijde van de troon, is de zo belangrijke naam-inscriptie in het ivoor gekerfd. Naast zijn linkerbeen stond oorspronkelijk ook een naam, farao's hadden er meer, maar dat deel van het beeldje is afgebrokkeld. Kunsthistorisch gezien stelt het misschien niet zoveel voor, er is zijn eindeloos veel mooier farao-plastiek beeldjes bekend, maar vanuit geschiedkundig oogpunt zijn het 7,5 heel bijzondere centimeters. Het is, zo zou je kunnen zeggen, de enige manier om oog in oog te staan met de man die misschien wel 's werelds meest iconische bouwwerk heeft laten bouwen. Klein, maar fijn, dus.
Bronnen
______________________________________________________________
* Alberto Siliotti, De Piramiden van Egypte, Veltman Uitgevers, 2003
* Mark Lehner, Piramides (oorsprong, functie, bouw, mysteries, typen), Bosch & Keuning, 1998
* Matthias Seidel, Regine Schulz, Kunst & Architectuur Egypte, Könemann/Tandem Verlag, 2005
* Richard H. Wilkinson, The Complete Temples of Ancient Egypt, Thames & Hudson Ltd., 2000
* Verschillende auteurs, The treasures of Ancient Egypt - from the Egyptian Museum in Cairo (The Rizzoli Art Guides), White Star S.r.l., 2003
* Peter A. Clayton, Kroniek van de farao's, J.H. Gottmer, 1995
* Zahi Hawass en anderen, De schatten van de piramiden, Zuid Boekproducties b.v., 2004
* Verschillende auteurs, Egypte - het land van de farao's, Könemann Verlagsgesellschaft,