Koninginnen van de Nijl in Leiden

Arnout van Bergenhenegouwen

Buiten Egypte zijn ook nog imposante sporen van de koninginnen van het oude Egypte te zien. Vele musea in Europese landen, maar evenzeer in andere werelddelen tonen in hun vaste collecties fraaie Oudegyptische objecten waaronder allerlei afbeeldingen van deze  vorstelijke dames. Nederland en België laten zich op dit punt ook niet onbetuigd. In Leiden is de komende maanden naast de overigens al imposante vaste collectie ook nog een prachtige speciale tentoonstelling hierover ingericht.

Tekst: Lou Lichtenberg

In 1904 vond directeur Ernesto Schiaparelli van het Egyptisch Museum van Turijn (Museo Egizio) in het Dal der Koninginnen te Luxor het graf van Nefertari, de Grote Koningin van farao Ramses II. Allerlei vondsten in dat graf belandden vervolgens in het Turijnse museum. Schiaparelli verrichtte al jaren in Egypte allerlei opgravingen, waarbij hij ook andere graven, waaronder hergebruikte en prinsengraven, blootlegde. Het Egyptisch Museum speelde al enige tijd met de gedachte een speciale tentoonstelling in te richten over het opgravingswerk van zijn vroegere directeur in het Dal der Koninginnen. Die gedachte gaat in 2017 overigens geconcretiseerd worden. Het Museo Egizio kreeg in 2014 de vroegere conservator Egypte bij het Leidse Rijksmuseum van Oudheden, dr Christian Greco, als zijn nieuwe directeur. Geen wonder dat er sindsdien een hechte samenwerking tussen beide musea tot stand kwam (die overigens ook nog bij opgravingen in Sakkara, Egypte, vorm heeft gekregen). In dat samenwerkingsoverleg ontsproot de gedachte aan een tijdelijke tentoonstelling over een Oudegyptisch onderwerp, waarbij het Turijnse museum aanbood bruiklenen naar keuze voor Leidse tentoonstellingen beschikbaar te stellen. Omdat in Leiden beide conservatoren Egypte dr Maarten Raven en dr Lara Weiss inmiddels druk bezig waren met het herinrichten van de vaste Oudegyptische collectie - die in november j.l. heropend is, de Leidse hoogleraar Egyptologie prof. dr Olaf Kaper benaderd om als gastconservator van die tijdelijke tentoonstelling op te treden. Het onderwerp daarvan zou in ieder geval aanvullend en niet overlappend met de hernieuwde vaste Oudegyptische collectie van Leiden moeten zijn.

Meer context

Zo werd het thema van de tijdelijke tentoonstelling over de koninginnen van het Nieuwe Rijk geboren. ‘In dat onderwerp komen drie lijnen samen’, aldus Olaf Kaper (1962), die Egyptische taal en letterkunde studeerde en meewerkte aan archeologisch onderzoek op verschillende locaties in Egypte. ‘Allereerst het Oudegyptische koningschap dat me erg bezighoudt mede in samenhang met mijn opgravingen in de oase Dachla, Egypte. Verder een project over de kledij van Oudegyptische koninginnen waar ik bij betrokken ben en ten derde de onderwerpen van een aantal van mijn promovendi in het Thebaanse gebied en met name in Deir el-Medina. Daarmee zou deze tijdelijke tentoonstelling ook aanvullend zijn op de vaste collectie, die weinig objecten uit Thebe/Luxor omvat, maar wel veel uit Sakkara en Abydos. Bovendien zijn koninklijke objecten in die vaste collectie zeldzaam’.‘Wel beperken we ons in deze tentoonstelling tot de koninginnen van het Nieuwe Rijk’, vervolgt hij. ‘Dat houdt verband met twee uitgangspunten. Allereerst weten we over het koningschap en in het bijzonder over de koninginnen in die periode meer dan over die personen in andere fasen van de Egyptische historie. En we hebben uit het Nieuwe Rijk ook meer objecten beschikbaar om te tonen. Bovendien hebben we ervoor gekozen dieper in te gaan op hoe het koningschap en de koninginnen daarin functioneerden. Eerdere tentoonstellingen over de Oudegyptische koninginnen, waaronder een in Monaco in 2008-2009, waren meer gericht op een biografische schets van de koninginnen van de verschillende dynastieën naast elkaar. Het gaat daarbij vooral over grote namen zoals Cleopatra dan over hun context, waardoor je in feite nauwelijks hun functioneren kunt begrijpen. Daarentegen beoog ik te laten zien hoe een koningin zich naast haar echtgenoot de farao en hun kinderen positioneerde, hoe ze zich kleedde, wat voor taken ze had en hoe ze na haar dood in beelden en andere objecten voortleefde. Dit verhaal vertellen we aan de hand van getoonde objecten, die elk afzonderlijk hun eigen bijdrage aan dat verhaal kunnen leveren’. Dat ‘vertellen’ wordt overigens sterk verge-makkelijkt doordat een apart boekje van de hand van Kaper is verschenen metvertalingen van Oudegyptische teksten. Door die vertalingen worden de oude Egyptenaren via hun teksten op papyri, beelden en stèles als het ware zelf aan het woord gelaten. Zo leren we meer over de maatschappij waarin de farao en zijn hof centraal staan, worden de koningin en haar taken beeldend beschreven, lezen we hoe een samenzwering tegen Ramses III verliep en werd afgestraft, hoe arbeiders hun dagelijkse werk verrichtten, hoe mensen in contact stonden met de goden tijdens en na hun leven.

De benadering die Kaper in deze tentoonstelling kiest past in een bredere doelstelling waarnaar zijn voorkeur bij dergelijke exposities over het oude Egypte uitgaat: ‘Ik wil heel graag dat mensen het oude Egypte kunnen begrijpen, dat ze het niet alleen maar als een vreemde exotische wereld vol symbolen en mysteries beschouwen. Maar veeleer als een cultuur waarin je je kunt verplaatsen, waarvan je je kunt voorstellen hoe het is om daarin te leven, op te groeien, wonen en werken. Daarom laat de tentoonstelling niet alleen koninklijke beelden zien, maar ook dagelijkse voorwerpen zoals bijvoorbeeld Nefertari’s sandalen die sporen van slijtage vertonen. Dichterbij hun eigen bestaan kunnen we niet komen’.

Koninginnen van de Nijl

En zo kunnen we thans tot en met 17 april 2017 in een passend vormgegeven, bijzonder informatieve en ronduit mooie tentoonstelling zo’n 350 Oudegyptische topstukken bewonderen, waaronder zeldzame sculpturen, schitterende juwelen, luxe gebruiksvoorwerpen van vrouwen aan het hof en de sarcofaag en opgegraven grafgiften van koningin Nefertari. Hiervoor kreeg het Rijksmuseum van Oudheden 245 topstukken te leen van het Museo Egizio, het op één na grootse Egyptisch museum ter wereld. Ook zijn belangrijke werken te zien uit de eigen collectie en van musea uit Brussel, Amsterdam, Kopenhagen en Hildesheim. Op de tentoonstelling is een van de rijk gedecoreerde kamers van het graf van Nefertari op ware grootte gereconstrueerd. Ook toont de expositie een unieke houten maquette van het graf, compleet met zijn kleurrijke muurschilderingen. Met de vervaardiging van deze exacte reproductie (op een schaal van 1:10) werd spoedig na de ontdekking begonnen en deze werd in 1933 voltooid. Dit model werd om de kleuren van de echte muurschilderingen zo nauwgezet mogelijk te volgen, door het Getty Conservation Institute eveneens geraadpleegd bij het restauratiewerk van het echte graf, aldus Olaf Kaper.

De tentoonstelling wordt geopend met een kort overzicht van het grote verhaal van de Egyptische geschiedenis en van de periode van het Nieuwe Rijk. Dan wordt ingegaan op het koningschap in het algemeen en de specifieke rollen van de koning en de koningin. Bij de verhalen over hun afzonderlijke rollen, kleding, familie, paleizen, harem en dergelijke fungeren vijf topvrouwen als ankerpunten: Ahmose-Nefertari, Hatsjepsoet, Teje, Nefertiti en Nefertari. Olaf Kaper toont zich terecht trots op zijn bijdragen aan deze tentoonstelling, die eveneens gestalte kregen in de bij deze tentoonstelling verschenen boekwerken. Hij heeft naast zijn hoogleraarschap inmiddels ook weer de draad van zijn eigen onderzoek in de Dachlaoase ter hand genomen. Aan dat arbeidsintensieve en tijdrovende onderzoeksproject werkt hij al sinds 1991. ‘Ik analyseer daarbij vooral het pleisterwerk van een tempel die aan de god Toetoe is gewijd. Dat pleisterwerk is in de vorm van ontelbare stukjes teruggevonden en die heb ik inmiddels nagenoeg weer in elkaar gezet. Dit dateert uit de periode van Romeins Egypte en daar kan ik aan zien hoe in die periode de Oudegyptische cultuur geleidelijk aan veranderde. De rol van de farao’s was uitgespeeld, er was minder controle, waarbij er kennelijk ook meer ruimte kwam voor experimenten met andere afbeeldingen dan goden en farao’s’. Voor dit project zal hij in de lente van 2017 nog naar het Getty Conservation Institute in de VS afreizen. En er volgt ongetwijfeld nog meer: ‘Ik zou mijn eigen onderzoekswerk graag eens als uitgangspunt van een nieuwe tentoonstelling willen nemen om daarin de Egyptische oases te laten zien als smeltkroes en spiegel van culturele veranderingen. Net als bij de koninginnen zou ik daarbij de context willen laten zien, mede om je te kunnen inleven in de wijze waarop dergelijke veranderingen na de farao’s zich in het dagelijkse leven en in de godsdienst voltrokken’.

Dit artikel verscheen ook in archeologie magazine 06-2016

Afbeeldingen

Gedeelte van de tentoonstellingszalen ‘Koninginnen van de Nijl’, foto: Rob Overmeer/RMO

Koningin Teje en farao Amenhotep III, foto: Roemer- und Pelizaeus-Museum, Hildesheim

Portret van (vermoedelijk) koningin Nefertiti, foto: Museo Egizio, Turijn

Koningin Ahmose Nefertari, foto: Museo Egizio, Turijn

Meer lezen
Landen
Thema's