IJzertijd

IJZERTIJD (800 TOT 12 VOOR CHRISTUS)

De IJzertijd is de periode waarin mensen overgingen op het gebruik van ijzer bij het vervaardigen van gereedschap, wapens, et cetera. Omdat de invoering van het gebruik van ijzer per gebied verschilt, is het onmogelijk om precies te zeggen wanneer de IJzertijd begint. Volgens sommige historici loopt de periode vrijwel parallel aan de Oudheid, ook wel de Klassieke Oudheid genaamd, een tijdperk dat rond 750 voor Christus begon. Deze overgangsperiode wordt ook wel aangeduid met ‘proto-historie’.

Hoewel ijzer al eerder bekend was en in sommige gevallen ook al gebruikt werd, beleefde de ontwikkeling van het ijzersmelten pas circa 800 voor Christus een bloei in Europa en Nederland. IJzer was in elk opzicht superieur aan brons. Bovendien was er veel meer ijzererts dan tin- en kopererts beschikbaar en was ijzererts gemakkelijker in te winnen. Brons werd langzamerhand overbodig, het werd in deze periode voornamelijk gebruikt voor sieraden en siervoorwerpen.

In deze periode kwamen ook veel culturele, religieuze en landbouwkundige ontwikkelingen tot stand, waaronder de vervolmaking van het schrift door de Grieken en Romeinen.

Na meer dan dertig jaar schatgraven zonder grote vondsten gedaan te hebben, vonden twee amateurarcheologen met hun metaaldetectors een enorme muntschat op het Britse eiland Jersey. Het bleek te gaan om een grote verzameling van zilveren Keltische munten, één die wel miljoenen euro’s waard kan zijn.
Tijdens archeologisch onderzoek in het Belgische Aalter (Oost-Vlaanderen) zijn sporen aangetroffen die erop wijzen dat er in de ijzertijd huizen hebben gestaan. Daarnaast werden er enkele resten van een Romeinse nederzetting gevonden.
Sinds 2009 worden er in Xi’an weer opgravingen verricht in de eerste opgravingsput waarin een deel van het terracottaleger staat. Sindsdien heeft het archeologische team al ruim 310 artefacten, waaronder delen van wagens, wapens en werktuigen, aangetroffen. Daarnaast vonden zij ook 12 aardewerken paarden en ongeveer 120 soldaten.
Kleding was in de ijzertijd niet grijs en saai, zoals voorheen werd gedacht. Men droeg toen juist kleurrijke kleding met patronen. Deze conclusie werd getrokken na een nieuw onderzoek van het Deense Nationale Museum.
In de Drentse gemeente Borger-Odoorn zijn door een fout sporen uit de ijzertijd en van de Trechterbekercultuur naar boven gekomen. Tijdens natuurwerkzaamheden is het terrein tegen de bedoeling in te diep verstoord, waardoor de vondsten aan het licht kwamen. Het gebied wordt momenteel onderzocht door archeologiestudenten van de universiteit Groningen.
In de Jezreel Vallei in het noorden van Israël is op de archeologische site Tel Migiddo een pot met gouden en zilveren sieraden aangetroffen. De juwelen stammen uit 1.000 voor Christus en lagen verstopt in een Kanaänitisch woonhuis.
Archeologen hebben een Achaemenidische site ontdekt op de Riba heuvel in het Noorden van de Iranese provincie Khorasan. De site is 110 hectare groot en was de residentie van het koningshuis van de Achaemeniden.
Archeologen hebben tijdens opgravingen in het Britse St. Albans de ingang van een nederzetting uit de ijzertijd gevonden. De nederzetting, genaamd Verlamion, is de voorganger van de Romeinse stad Verulamium. Tevens vonden zij vijf urnen met 2000 jaar oude crematieresten erin.
Archeologen hebben aan de hand van vondsten uit twee 2.600 jaar oude grafheuvels in het zuidwesten van Duitsland kunnen vaststellen welke rol voedsel, drank en kleding speelden in het sociale leven van de Kelten.
Tijdens de aanleg van de Hanzelijn bij het Gelderse Hattemerbroek is door archeologen een 4.200 jaar oud graf ontdekt. In het graf uit de Klokbekercultuur is een groot aantal bloemen van onder andere de Moerasspirea aangetroffen. Tevens zijn in het graf pollen aangetroffen die sterk lijken op die van de Cannabisplant.  
Tijdens werkzaamheden voor de bouw van woningen op het perceel aan de Waalreseweg in Valkenswaard hebben archeologen een reeks potten en andere voorwerpen uit de vroege ijzertijd (800 - 400 voor Christus) gevonden. De voorwerpen werden ontdekt op de avond dat de opgraving werd afgerond.
In 2004 ontdekte een hobbyist met een metaaldetector enkele stukjes metalen plaat in een Engels weiland.  Het bleken fragmenten te zijn van meer dan tweeduizend jaar oude ketels. Opgravingen door het British Museum en Wessex Archeology legden een dozijn flinke ketels bloot, die samen met twee koeienschedels in een kuil waren begraven. Jarenlang onderzoek brengt gaandeweg meer aan het licht over deze bijzondere vondst.