Geen foto

Notitieboek van George Murray Levick teruggevonden op Antarctica.

Daan Couwenbergh

Notitieboek van George Murray Levick teruggevonden.Op de Zuidpool is een notitieboekje gevonden van een van de reisgenoten van ontdekkingsreiziger Robert F. Scott. Dat maakte de Nieuw Zeelandse Antarctic Heritage Trust bekend. Het boekje was van fotograaf, arts en bioloog George Murray Levick en is gevonden vlak bij het basiskamp van de expeditie.

Het notitieboekje werd deze zomer bij toeval gevonden in een stroompje smeltwater. In het boekje staan belangrijke aantekeningen over de foto’s die Levick maakte tijdens zijn onderzoek. Het boekje, dat een eeuw lang sneeuw en vrieskou heeft moeten doorstaan, is volledig hersteld en gedigitaliseerd door de onderzoekers. Daarna is het teruggebracht naar de plek waar het gevonden is. Daar is het teruggelegd bij de 11.000 andere voorwerpen die bij het basiskamp van Scott gevonden zijn. Het boekje is niet alleen een waardevolle herinnering aan de expeditie van Scott.

Onderzoek naar adélie pinguïns.

Levick was een van de mensen die met Scott aan boord van het poolschip Terra Nova mee reisden op weg naar het Antarctische basiskamp Cape Evans. Terwijl Scott vanuit daar vertrok voor zijn gedoemde expeditie naar de Zuidpool, ging Levick op weg met een andere groep voor onderzoek naar de natuur op Antarctica. Levick kreeg de kans om uitgebreid het gedrag van adélie pinguïns te onderzoeken. De resultaten van dat onderzoek waren zo schokkend dat ze verborgen werden en pas na honderd jaar werden gepubliceerd.

Overwintering op Inexpressible Island

De expeditie zelf ging ook niet van een leien dakje. Nadat Levick de hele antarctische zomer van 1911-1912 onderzoek had gedaan ging het mis tijdens de terugreis. De onderzoeksgroep waar Levick deel van uitmaakte, zou worden opgepikt door de Terra Nova, maar het ijs was al zo ver aangegroeid dat het schip de onderzoeksgroep niet kon bereiken. Hierdoor was de groep gedwongen te overwinteren op een plek die zijzelf ‘Inexpressible Island’ noemden. De mannen maakten een kleine ijsgrot, waar ze het eerste deel van de winter verbleven. Daarna gingen ze te voet terug naar het basiskamp. Die tocht wist de groep ternauwernood te overleven door te leven van zeehondenvet en pinguïnvlees.

Leven na de expeditie

Na terugkeer in Groot-Brittannië diende Levick in de Royal Navy. Tijdens de Eerste Wereldoorlog deed hij mee aan de Slag bij Gallipoli. Na de oorlog zwaaide hij af en richtte hij zich op een onderzoek naar de mogelijkheid die blinden hadden om fysiotherapie te geven. Zijn poolervaringen bleven echter belangrijk. In 1932 richtte hij de Public Schools Exploring Society op, waarmee hij reizen voor schooljongens naar Canada en Scandinavië organiseerde. De Engelse marine vond zijn survivalervaringen echter zo belangrijk dat hij bij het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog weer voor dienst werd opgeroepen. Als survival-specialist werd hij betrokken bij het opzetten van trainingen voor commando’s. Hierover bracht hij in 1944 een boek uit. 

Dit bericht is afkomstig van IsGeschiedenis

Meer weten over archeologie? Lees Archeologie Magazine. 

 

Meer lezen